Descendentes de Johan KAMPESHORST
Última atualização em 23-12-2024
Johan KAMPESHORST (Johan ten Kampeshorst), nascido
±1550 (facτπo:
RK),
een Johan Kampeshorst of Johan ten Kampeshorst werd tussen 1576 en 1587 regelmatig genoemd in de schepenacten van het richterambt Delden. Hij kwam daarin 5 maal voor als schuldeiser. In 1587 was er in deze acten ook sprake van een vordering van meerdere persone op Johan's vrouw, wier naam niet genoemd werd. Waarschijnlijk was dit Ffenne ten Camphorst, die in 1576 een vordering had op ene Berendt Wilderinck wegens een borgstelling. De Kampeshorst was geen zelfstandige hofstede, want een boerderij van die naam kwam niet voor in het verpondingenregister van Twente over de jaren 1601 en 1648. Waarschijnlijk was Johan Kampeshorst een "wonner" dwz iemand die met goedvinden van de eigenaar van de grond een optrekje had gebouwd en daar later werd gedoogd. De locatie van De Kampeshorst is aangegeven als punt 13 op het topografische kaartje in het Ten Geleide van het boek. Het is niet met zekerheid te zeggen hoe De Kampeshorst er uit zag. Waarschijnlijk had het de vorm van een eenvoudig Twents vakwerkboerderijtje, zoals die rond 1600 in de omgeving van Woolde veel voorkwamen (zie afbeelding in de inleiding van het boek).
Casamento igreja
<1570 com
Ffenne ? Nascida
±1550.
Jan CAMPHORST (Joan, Johan op die Kamphorst), nascido
±1570.
Vanaf 1611 werd er in de schepenacten van de stad Delden weer veelvuldig melding gemaakt van een Johan, Joan of Jan Camphorst, Kamphorst, op die Kamphorst, in de Kamphorst of ter Camphorst. Hoewel het mogelijk is dat dit dezelfde Johan was als de Johan Kampeshorst van voor 1587, is het waarschijnlijker dat hij diens zoon was. Dit vermoeden wordt ondersteund door het feit dat Jan Camphorst één van zijn zonen Jan noemde, een naam die kennelijk synoniem was met de naam Johan. In 1613 verkochten Jan Camphorst en zijn vrouw Hendricxken Fockink een derde deel van een erven en hofstede, genaamd Die Rasscherie en gelegen te Oele. Voor deze verkoop stelden zij Albert Egbertinck en Johan ten Nijenhuis aan als hun gevolmachtigden te Delden. De volmacht werd opgemaakt door Egbert van Mehen, schout te Voorst. Hierdoor weten wij dat Johan in die Kamphorst te Woolde inderdaad dezelfde was als Jan Camphorst te Voorst. Uit het feit dat deze verkoop slechts een derde deel van de boerderij Die Rasscherie omvatte, mag men afleiden dat het een erfdeel in een nalatenschap betrof. In het verpondingenregister van Twente over het jaar 1601 staat over Die Rasscherie dan ook geschreven: "weesende een kotterstede, toebehorende die erffgenamen van Johan Vockinck, is groett van vyff schepel geseys, unde licht wueste." Waarschijnlijk is deze Johan Vockinck de vader van Jan Camphorst's vrouw Hendricxken Fockinck. Toen Johan in die Kamphorst zich onder de naam Jan Camphorst te Voorst had gevestigd, bleek hij in Woolde veel schuldeisers te hebben achtergelaten. Tussen 1611 en 1617 kwamen maar liefst 35 personen en instanties opdagen, die verklaarden een vordering op Johan te hebben. De schepenen van Delden stelden hen bijna allen panden van Camphorst ter beschikking, die zij voor eigen gebruik mochten aanwenden of dmv een gerechtelijke verkoping te gelde mochten maken. Uit de schepenacten komen een aantal interessante zaken naar voren. Zo was er een vordering van Jacob Suiters, inzamelaar van misgelden, die er op duidt dat Johan ooit tot de RK kerk heeft behoord. Ook de "kerk van Hengelo" verkocht panden van Kamphorst. Deze kerk was de oorspronkelijke kapel van kasteel Hengelo en was zeker vanaf 1598, toen de troepen van de Prins van Oranje de in Hengelo gelegerde troepen van de Hertog van Alva definitief versloegen, protestants. In de excerpten van de schepenacten werd meestal niet vermeld wat de aard van de verschillende panden was. Wel is duidelijk dat er minstens 2 paarden en 5 koeien bij waren en dat Johan ook varkens hield. Voorts liet de drost van Haaksbergen gerechtelijk en bij opbod een partij gerst verkopen als pand van Camphorst, die 3 jaar achterstand had in de betaling van sloptienden. Ook de drost van het Land van Vollenhove liet bij opbod "zes schepel" gerst van Johan verkopen, eveneens wegens een betalingsachterstand van sloptienden. Hieruit blijkt dat Johan op meerdere plaatsen grond in pacht had. In een schepenacte van 1618 werd Johan de " meijer van Weddehoen" genoemd. Waarschijnlijk betekent dit dat hij de Kamphorst in pacht had van de Havezate van Weldam, die zijn bezittingen liet beheren vanuit de Hof van Weddehoen tussen Delden en Goor. Johan heeft zich niet altijd onberispelijk gedragen. De schepenen van Delden hadden een vordering op hem wegens een door hem gepleegd misdrijf en de richter van Borne wegens begane overtredingen.
In het thinsboek van het ambt van Voorst staat dat op 16 juli 1636 "Gerr:Jacobs goudsmit toe Deventer eert. Jan Camphorst" toestemming kreeg "uit 't veld in Aerdenbroek omtrent II schepel gesaijs te lande te maken". Hieruit blijkt dat enen Jan Camphorst voor 1636 eigenaar is geweest van een boerderij, mogelijk in het Aerdenroek tussen Appen en Apeldoorn, die later Gerrit Jacobs toebehoorde. Gezien het vroege jaartal lijkt het waarschijnlijk dat dit de boerderij is geweest waar Jan Camphorst alias Johan op die Kamphorst zich rond 1610 vanuit Twente heeft gevestigd. Filho de
Johan KAMPESHORST (Johan ten Kampeshorst) (ver
I.1) e
Ffenne ?
Casamento igreja
<1600 em
Delden of Hengelo (
RK) com
Henricxken FOCKINCK, nascida
±1570.
Jan Jansen CAMPHORST,
pachtboer, landbouwer (1648), nascido
±1600 em
Appen (Voorst), falecido em
Appen (Voorst).
Jan Jansen Senior was pachtboer, want in het verpondingskohier Voorst 1648 (RA Gelderland) staat : "'t Clooster Hunneps goet genaamt Kemmena, huijs, hoff, berch, omtrent 6 mudde geseeijs, noch 3 molder geseeijs in den Halmer soe ongebout blijft, en 3 koen weijdens, waervan 1 koe weijdens buijtendijcks. Verpacht aen Jan Camphorst voor ? dalers en 10 ricxdalers." Uit deze tekst blijkt dat Jan Jansen Senior in Appen woonde, een heel oude buurtschap met statige boerderijen. De erve Kemmena behoorde tot de gewaarde erven van de buurschap Appen en was eigendom van het cistercienzerklooster Ter Hunnepe te Deventer. De streek De Halmer lag bij de IJsseldijk ongeveer halverwege Appen en kasteel Nijenbeek. Op de afbeelding (boek) is het kasteel met de aangrenzende buitendijkse gronden afgebeeld. De afbeelding laat zien hoe de boerderijen, boerenwagens en de mensen er in de achttiende eeuw uitzagen. Ook in 1662 pachtte Jan Jansen nog steeds de hofstede Kemmena en het land in de Halmen. De boerderij is tot 1936 onder de naam Kemmena bewoond gebleven en kort daarna afgebroken. De locatie ervan is, samen met de locaties van andere oude boerderijen, afgebeeld op het kadasterplan van de buurtschap Appen van 1832. Het is ons niet gelukt de hand te leggen op oude foto's of andere afbeeldingen van de boerderij Kemmena. Wel kopieerden wij een foto van de voormalige voorgevel van de nabijgelegen boerderij "Otto Boelen Hofstede". Ook dit is een heel oude hoeve, die al voorkomt in een verkoopakte d.d. 26-09-1694. De 70-jarige bewoner van deze hofstede, die als kind met zijn geit op de foto staat afgebeeld, vertelde ons dat hij zich de boerderij Kemmena nog heel goed kan herinneren. Die stond op een paar honderd meter afstand van de Otto Boelen Hofstede, met de voorgevel naar het zuiden gericht. Hij verzekerde ons dat zowel het achterhuis als dce voorgevel van Kemmena vrijwel identiek waren aan die van de Otto Boelen Hofstede. Daarom hebben wij ook het achterhuis van de Otto Boelen Hofstede gefotografeerd. In de zijgevel van de Otto Boelen Hofstede zijn de luiken te zien, die vroeger dienden om de inhoud van de potstal te voorzien van plaggen en strooisel en om later de stalmest naar buiten te werken. De onderkant van deze luiken is het niveau tot waar de potstal gevuld kon worden. Naast de luiken is de cementen mestplaat te zien waarop de mestvaalt werd bewaard. Onder de mestplaat bevond zich een gierkelder, waarin zich de dunne mest van de koeien en het lekwater van de mestvaalt terechtkwam.
Volgens de lijst van heerdsteden van het ambt van Voorst woonde in 1749 in de hofstede "Kemna" een Jan Jansen Pouhuis. De boerderij bezat toen 10 morgen ofwel ongeveer 3 ha zandgrond. Filho de
Jan CAMPHORST (Joan, Johan op die Kamphorst) (ver
II.1) e
Henricxken FOCKINCK.
Esposada
..‑10‑1630 em
Voorst, casamento igreja em
24‑10‑1630 em
Voorst com
Mechteld NELIS, nascida
±1605.
Jan Jansen CAMPHORST (Kamphorst),
knecht (1659), nascido
±1630,
volgens Wilko Kamphorst geb. ca 1638, batizado
±1630, falecido
<1670.
Evenals zijn ouders woonde Jan Jansen te Appen, waarschijnlijk in de boerderij Kemmena.
Op 22-4-1665 was Jan Jansen Camphorst met zijn vrouw Mechteld Melissen en met haar broers Henderick en Derck Melissen betrokken bij het transport va het Herengoed De Beentercamp in de buurtschap Wenum bij Apeldoorn. (Bron Herengoederen op de Veluwe, deel 4, nr. 698). Het Herengoed bestond uit "een kamp lands genaamt den Beentercamp, groot omtrent 4 mudde gezaais, in het buurtschap Wenum gelegen, nog zeven akkers in de Wenummer Enck en een half deel op de Wennummergemeente".
In 1667 had een Derck Lamberts te Wenum een schuldvordering op Jan Camphorst. Mogelijk woonde Jan Jansen toen al te Wenum. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (ver
III.1) e
Mechteld NELIS.
Esposada
..‑10‑1658 em
Voorst, casamento igreja em
24‑10‑1658 em
Voorst com
Mechteld MELISSEN, nascida
±1630 em
Wenum (Apeldoorn), batizada
±1630, filha de
Melis HENDRIKS e
Jenneke N..
Jenneken Jansen, nascida
..‑12‑1658 em
Appen, batizada (
NDG) em
12‑12‑1658 em
Voorst.
Casamento igreja em
14‑09‑1684 em
Zutphen com
Jan CLAESENS,
ruiter, nascido
±1658, batizado
±1658.
Stijntje Jansen, nascida
..‑12‑1658 em
Appen, batizada (
NDG) em
02‑01‑1659 em
Voorst.
Zwaantjen (Swaantje) Jansen (Kamphorst), nascida
..‑07‑1665 em
Appen, batizada (
NDG) em
16‑07‑1665 em
Voorst, falecida
<20‑3‑1698.
Esposada
<1697 em
Voorst, casamento igreja
<1697 em
Voorst com
Jan DIRKS, nascido
±1665, batizado
±1665.
Jan Jansen KAMPHORST, nascido
±1659 em
Appen.
Jan is de derde Jan Jansen Kamphorst in successie die met zijn gezin in de buurtschap Appen woonde. Waarschijnlijk woonde ook hij in de hofstede Kemmena. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (Kamphorst) (ver
IV.1) e
Mechteld MELISSEN.
Casamento igreja
ca. 1679 com
Evertjen JANSEN, nascida
±1655, batizada
±1655.
Jentjen Jansen CAMPHORST, nascida
..‑11‑1679 em
Appen, batizada em
23‑11‑1679 em
Apeldoorn.
Gerrit Jansen, nascido
..‑08‑1689 em
Appen, batizado em
11‑08‑1689 em
Appen.
Heimerick Jansen CAMPHORST (Kamphooft),
ruiter (1690), nascido
..‑02‑1660 em
Appen, batizado (
NDG) em
12‑02‑1660 em
Voorst, falecido
..‑01‑1727 em
Voorst, enterrado em
04‑01‑1727 em
Voorst.
De vermelding "gutte" in het begraafboek van Voorst verwijst naar de orzak van het overlijden van de dochter van Heimerick en Janna. Gutte of belroos of wondroos of erysipelas is een door streptokokken veroorzaakte huidziekte , waarbij abcessen en het afsterven van lichaamsweefsel optreden. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (Kamphorst) (ver
IV.1) e
Mechteld MELISSEN.
Esposada (1)
..‑01‑1686 em
Voorst, casamento igreja em
10‑01‑1686 em
Voorst (testemunhas:
Jan Helmichs, Egbert Egberts) com
Trijntje JACOBS, nascida
±1660, batizada
±1660, falecida
<1722, enterrada
<1722, filha de
Jacob HENDRICKS.
Esposada (2)
<1722, casamento igreja
<1722 com
Janna ? Nascida
±1680, batizada
±1680.
Mechteld Heimericks, nascida
..‑05‑1701 em
Voorst, batizada (
NDG) em
16‑05‑1701 em
Voorst.
Gerritjen Heimericks (Kamphooft), nascida
..‑05‑1706 em
Voorst, batizada (
NDG) em
30‑05‑1706 em
Voorst.
Arent Heimericks, nascido
±1710 em
Voorst, batizado (
NDG)
±1710 em
Voorst.
N. Heimericks, nascida
±1723, batizada
±1723, falecida em
17‑10‑1723.
Jan Heimericks KAMPHORST (Jan op de Ossenkamp ?), nascido
..‑11‑1686 em
Voorst, batizado (
NDG) em
21‑11‑1686 em
Voorst, filho de
Heimerick Jansen CAMPHORST (Kamphooft) (ver
V.6) e
Trijntje JACOBS.
Esposada
..‑07‑1713 em
Voorst, casamento igreja em
23‑07‑1713 em
Voorst (testemunhas:
ouders Gerrit Camphorst) com
Jenneken LAMBERTS, nascida
..‑05‑1671 em
Noord-Empe, batizada em
28‑05‑1671 em
Voorst, falecida em
09‑06‑1736 em
Voorst, enterrada
..‑06‑1736 em
Voorst, filha de
Lambert FREDERIKS (Lammert Freriks),
dienstknecht bij Hendrick Beumer op het Hoen, e
Teunisken HENDRICKS.
Lammert (Lambert) Jansen,
smidsknecht in de Amstelstraat te Amsterdam, nascido
±1722 em
Voorst, falecido
..‑07‑1750 em
Amsterdam, enterrado em
11‑07‑1750 em
Amsterdam, Leidse Kerkhof aan de Heiligeweg,
in 1743 was een Lammert Kamphorst lidmaat van de NDG Kerk te Harderwijk. Deed belijdenis op 14 april en vetrok later dat jaar naar Amsterdam.
Megtelt Jansen KAMPHORST, nascida
..‑07‑1715 em
Voorst, batizada (
NDG (1744)) em
12‑07‑1715 em
Voorst, filha de
Jan Heimericks KAMPHORST (Jan op de Ossenkamp ?) (ver
VI.3) e
Jenneken LAMBERTS.
Esposada
..‑03‑1744 em
Voorst, casamento igreja em
12‑04‑1744 em
Voorst com
Jan Berends (Jan Berends op Panhuis), nascido
..‑01‑1721 em
Voorst, batizado (
NDG) em
12‑01‑1721 em
Voorst.
Jenneken Jansen PANHUIS, nascida
..‑05‑1745 em
Voorst, batizada em
23‑05‑1745 em
Voorst.
Engeltje Jansen PANHUIS, nascida
..‑11‑1746 em
Voorst, batizada em
13‑11‑1746 em
Voorst.
Berent Jansen PANHUIS, nascido
..‑02‑1748 em
Voorst, batizado em
18‑02‑1748 em
Voorst.
Jan Jansen PANHUIS, nascido
..‑11‑1749 em
Voorst, batizado em
09‑11‑1749 em
Voorst, falecido em
13‑09‑1832 em
Voorst, filho de
Jan Berends (Jan Berends op Panhuis) e
Megtelt Jansen KAMPHORST (ver
VII.2).
Casamento igreja
±1775 com
Janna KERKHOF, nascida
±1750.
Jan Jansen, nascido
±1777.
Jan Willem, nascido
±1781.
Weime Heimericks CAMPHORST (Willemken), nascida
..‑02‑1688 em
Voorst, batizada (
NDG) em
12‑02‑1688 em
Voorst, falecida em
30‑04‑1751 em
Voorst, filha de
Heimerick Jansen CAMPHORST (Kamphooft) (ver
V.6) e
Trijntje JACOBS.
Casamento
±1710 com
Hermen PETERS, nascido
±1685.
Peternelle HERMSEN, nascida
..‑07‑1722 em
Voorst, batizada em
26‑07‑1722 em
Voorst (testemunhas:
Lijsbet Hermsen, dochter).
Jenneken Heimericks CAMPHORST, nascida
..‑01‑1690 em
Voorst, batizada (
NDG) em
19‑01‑1690 em
Voorst, falecida
..‑07‑1720 em
Voorst, enterrada em
06‑07‑1720 em
Voorst, filha de
Heimerick Jansen CAMPHORST (Kamphooft) (ver
V.6) e
Trijntje JACOBS.
Casamento igreja em
18‑02‑1713 em
Voorst com
Willem Garries KLUMPERT (Willem Gerrits), nascido
..‑07‑1688 em
Voorst, batizado em
29‑07‑1688 em
Voorst, falecido
..‑09‑1744 em
Voorst, enterrado em
08‑09‑1744 em
Voorst, filho de
Gerrit Peters KLUMPERT.
Peter Willemsen, nascido
±1714.
Trijntje Willemsen, nascida
±1716.
Jenneken Willemsen, nascida
±1720.
Berent Jansen CAMPHORST (Kamphorst),
ruiter te Voorst (1729), nascido
..‑08‑1661 em
Appen, batizado (
NDG) em
18‑08‑1661 em
Voorst, falecido em
29‑09‑1732 em
Voorst.
Zutphen was in 1729 al een bekende garnizoensplaats, waar veel mannen emplooi vonden. Berend was kennelijk tot op hoge leeftijd een "gegageerd ruiter" of wel beroepscavallerist. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (Kamphorst) (ver
IV.1) e
Mechteld MELISSEN.
Esposada (1)
<1698, casamento igreja
<1698 com
Mechteld CAMPHORST, nascida
±1661, batizada
±1661, falecida
<1728.
Esposada (2) em
02‑10‑1729 em
Voorst, casamento igreja em
19‑10‑1729 em
Zutphen com
Maria JANSEN, nascida
±1675 em
Zutphen, batizada
±1675.
Mechteld Berents (Kamphorst), nascida
..‑08‑1698 em
Voorst, batizada (
NDG) em
14‑08‑1698 em
Voorst.
Berent Berents, nascido
..‑01‑1721 em
Voorst, batizado (
NDG) em
12‑01‑1721 em
Voorst.
Jan Berents, nascido
..‑01‑1721 em
Voorst, batizado (
NDG) em
12‑01‑1721 em
Voorst.
Gerrit Jansen CAMPHORST (Kamphooft),
dros, nascido em
02‑10‑1663 em
Appen, batizado (
NDG) em
16‑10‑1663 em
Voorst, falecido
..‑04‑1737 em
Voorst, enterrado em
17‑04‑1737 em
Voorst.
Gerrit's dochter Mechteld werd op 05-06-1735 lidmaat van de NDG Kerk te Harderwijk komende uit Deventer. In Harderwijk werd zij dienstmeid bij burgemeester Jacob Schrassert. Kennelijk was haar eerste echtgenoot toen al overleden. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (Kamphorst) (ver
IV.1) e
Mechteld MELISSEN.
Esposada
..‑01‑1692 em
Voorst, casamento igreja em 28-anos de idade em
24‑01‑1692 em
Voorst (testemunhas:
Hendrik Lamberts, Jan Jansen, Peter Geurts) com
Dersken LAMBERTS, nascida
..‑09‑1668 em
Voorst, batizada (
NDG) em
27‑09‑1668 em
Voorst, falecida em
15‑02‑1738 em
Voorst, enterrada em
Voorst, filha de
Lambert FREDERIKS (Lammert Freriks),
dienstknecht bij Hendrick Beumer op het Hoen, e
Teunisken HENDRICKS.
Jan Gerrits, nascido
..‑10‑1702 em
Voorst, batizado (
NDG) em
15‑10‑1702 em
Voorst, falecido em
07‑05‑1737 em
Voorst, enterrado
..‑05‑1737 em
Voorst,
niet zeker of deze overlijdens/begraafdatum klopt, kan ook Jan Camphorst (nr. 6144) zijn.
Esposada (1)
<1734, casamento igreja
<1734 com
? ? Nascida
±1704, batizada
±1704, falecida
<1735, enterrada
<1735.
Esposada (2)
..‑06‑1736 em
Voorst, casamento igreja em
30‑06‑1736 em
Voorst,
ook 30-09-1736 wordt vermeld in VG 2000-5 ? Esposa Θ
Geesken HERMENS, nascida
±1705, batizada
±1705, falecida
..‑11‑1751 em
Voorst, enterrada em
29‑11‑1751 em
Voorst.
Mechtelt (Magteltje) Gerrits CAMPHORST, nascida
..‑07‑1711 em
Voorst, batizada em
12‑07‑1711 em
Voorst, falecida
..‑11‑1755 em
Amsterdam, enterrada em
06‑11‑1755 em
Amsterdam (Kerkhof Westerkerk),
was op 13-01-1736 getuige bij de doop van Jannetje Heetpol in de Westerkerk te Amsterdam, dochter van Hendrik Heetpol en Clasijntje van Wije, samen met Willem van Goor, filha de
Gerrit Jansen CAMPHORST (Kamphooft) (ver
V.12) e
Dersken LAMBERTS.
Esposada em
17‑04‑1750 em
Amsterdam, casamento igreja
±1750 em
Amsterdam com
Gerrit MEIJER, nascido
±1715.
Gerrit Jan, nascido
..‑04‑1751 em
Amsterdam, batizado (
Hervormd, Westerkerk) em
25‑04‑1751 em
Amsterdam (testemunhas:
Pieter Gloos, Johanna Hoek).
Geertruij, nascida
..‑08‑1752 em
Amsterdam, batizada (
Hervormd, Wseterkerk) em
20‑08‑1752 em
Amsterdam (testemunhas:
Jan Nulant, Geertruij Wilkes).
Dirk, nascido
..‑03‑1754 em
Amsterdam, batizado (
Hervormd, Westerkerk) em
24‑03‑1754 em
Amsterdam (testemunhas:
Dirk Boumeester, Christina van Dam).
Teunisken Gerrits CAMPHORST, nascida
±1712 em
Voorst, batizada
±1712 em
Voorst, filha de
Gerrit Jansen CAMPHORST (Kamphooft) (ver
V.12) e
Dersken LAMBERTS.
Esposada
..‑02‑1738 em
Voorst, casamento igreja em
02‑03‑1738 em
Voorst com
Henderijk EGBERTS, nascido
±1711 em
Wilp.
Derksken HENDRIKS, nascida
..‑07‑1742 em
Voorst, batizada (
NDG) em
08‑07‑1742 em
Voorst.
Gijsbert HENDRIKS, nascido
..‑05‑1744 em
Voorst, batizado (
NDG) em
03‑05‑1744 em
Voorst.
Gerrit Jansen CAMPHORST (Gerrit Int Huys), nascido
±1635 em
Voorst, batizado
±1635 em
Voorst, falecido
<18‑3‑1703.
De vermelding "dros" in het begraafboek van Voorst duidt op de oorzaak van het overlijden van Jenneken Henricks. Dros of kwade droes of malleüs was een bacillaire infectieziekte, waarbij koorts, zwelling van de lymfeklieren en versterf van de huid en inwendige organen optrad. Omdat men nog niet beschikte over antibiotica, konden dergelijke ziekten een dodelijke afloop hebben. Het is dus begrijpelijk dat in het begraafboek melding werd gemaakt van deze gevaarlijk besmettelijke ziekte. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (ver
III.1) e
Mechteld NELIS.
Casamento igreja (1)
ca. 1657 com
Jenneke GERRITS, nascida
±1635, falecida
±1659.
Esposada (2) em
16‑10‑1659 em
Voorst, casamento igreja em
29‑11‑1659 em
Voorst com
Jenneken HENRICKS, nascida
±1640, batizada
±1640, falecida
..‑02‑1723 em
Voorst, enterrada em
25‑02‑1723 em
Voorst, filha de
Henric JANS.
N. Gerrits, nascido
..‑05‑1669 em
Voorst/Empe, batizado (
NDG) em
02‑05‑1669 em
Voorst.
Jan Gerrits CAMPHORST, nascido
±1670 em
Voorst, batizado
±1670 em
Voorst, falecido
<1730 em
Voorst.
Ons werd gerapporteerd dat er rond 1700 nog een andere Jan Gerrits leefde in het woongebied van de tak van Voorst. Ook deze was getrouwd met een Berendjen Gerrits. Hij kreeg echter zes kinderen in de kerspels Wilp en Twello. Ook hij had een zoon Gerrit Jan, maar die werd in 1710 geboren en noemde zich Gerrit Jan Kruijtbos. Dit alles duidt er op dat wij hier te doen hebben met een andere Jan Gerrits, die niet in het kerspel Voorst maar op de erve Kruytbos in het Aerdenbroek in het kerspel Wilp heeft gewoond. Filho de
Gerrit Jansen CAMPHORST (Gerrit Int Huys) (ver
IV.3) e
Jenneken HENRICKS.
Casamento igreja (1)
<1702.
Esposada (2)
..‑03‑1703 em
Voorst, casamento igreja em
18‑03‑1703 em
Voorst com
Berentjen GERRITS (?), nascida
±1670, batizada
±1670, filha de
Gerrit AALBERS.
Gerrit Jan Jansen, nascido em
24‑05‑1691 em
Voorst, batizado (
NDG)
..‑05‑1691 em
Voorst.
Jan Jansen CAMPHORST (Jan Kamphorst),
soldaat onder de Heer Capt. van Renesse te Zutphen (1711), nascido em
24‑05‑1691 em
Voorst,
"in onegt geboren", batizado (
NDG)
..‑05‑1691 em
Voorst, falecido em
27‑08‑1750 em
Voorst em 59-anos de idade, enterrado em
31‑08‑1750 em
Voorst.
Uit de cedule van heerdsteden van het ambt van Voorst over 1749 blijkt dat ene Jan Camphorst en zijn vrouw in een "Arme hutte" woonden. Elders in de cedule wordt van een andere "Arme hutte" geschreven dat die de diaconie toebehoorde en dat de bewoners daarin "voor niet" woonden. De hut stond ergens tussen Voorst en Noord Empe. Filho de
Jan Gerrits CAMPHORST (ver
V.17).
Esposada (1)
..‑07‑1711 em
Voorst, casamento igreja em 20-anos de idade em
12‑07‑1711 em
Voorst com
Elsken JANSEN, nascida
±1690 em
Voorst, falecida
<1721, enterrada
<1721, filha de
Jan AELBERTS.
Esposada (2)
<1721 em
Voorst, casamento igreja
<1721 em
Voorst com
Hendrika Willems HOMOET, nascida
±1690 em
Zutphen, falecida
<1730 em
Voorst.
Esposada (3)
..‑05‑1730 em
Voorst, casamento igreja em 39-anos de idade em
11‑06‑1730 em
Voorst com
Jannetje ROELOFS, nascida
±1692 em
Voorst, falecida
<1735 em
Voorst.
Anna Lijsbet Jansen KAMPHORST, nascida
..‑10‑1712 em
Gietel, batizada (
NDG) em
02‑10‑1712 em
Voorst.
Arent Jansen, nascido
±1715 em
Gietel (facτπo:
NDG).
Jannes Jansen KAMPHORST, nascido
..‑12‑1719 em
Gietel, batizado (
NDG) em
01‑01‑1720 em
Voorst.
Willem, nascido
..‑11‑1721 em
Voorst, batizado (
NDG) em
02‑11‑1721 em
Voorst,
gedoopt door Ds. A.S. Schluiter, falecido
<1725 em
Voorst.
Willem, nascido
..‑03‑1725 em
Voorst, batizado (
NDG) em
31‑03‑1725 em
Voorst,
gedoopt door Ds. A.S. Schluiter,
op 06-06-1730 vlak voor zijn huwelijk met Jantje Roelofs stond Jan zijn zoontje Willem, geboren uit Hendrika Willems Homoet op 31-3-1725, af aan het weeshuis te Zutphen. Dit blijkt uit de in het boek afgebeelde inschrijving door de momberen van het weeshuis.
Gerardus Jansen, nascido
..‑02‑1727 em
Gietel, batizado (
NDG) em
11‑02‑1727 em
Voorst.
Abraham Jansen CAMPHORST, nascido
±1700 em
Voorst, falecido em
16‑10‑1791 em
Voorst, enterrado em
20‑10‑1791 em
Voorst.
Op een lijst van ingezetenen van het Ambt Apeldoorn over het jaar 1747 kwamen een Abram Jans en Megteld Teunis voor, wonend in het kerspel Beekbergen met 4 kinderen. In een register van huizen en hun bewoners in de Heerlijkheid 't Loo voor het jaar 1749 was opgenomen Abram Jansen met vrouw en 2 kinderen jonger dan 10 jaar. Hij stond daarin te boek als daghuurder zonder knechten en meiden, met 2 heerdsteden en 0,5 morgen bezaaid land. Voor de consumptie van 5 speciën betaalde hij aan de Heerlijkheid 't Loo in 1747 slechts 2 gulden omslag. Voor de consumptie van bieren hoefde hij in het geheel geen omslag te betalen. Waarschijnlijk is het Abraham's zoon Hendrik die in 1812 in de buurtschap Zevenhuizen bij Apeldoorn een stuk weiland bezat. In dat jaar werd aan hem daarvoor een belasting op eigendommen opgelegd van 3 franc 50 centimes.
In 1765 was Elsje Abrams Camphorst, vrouw van Derk Gerrits Wever "op den Ankeler" getuige in een strafzaak tegen haar 13-jarige stiefzoon Arent Derks. Arent werd ervan beschuldigd samen met een medeplichtige bij zijn hospes Bastiaan Otten, een schoenmaker te Beekbergen, een paar schoengespen en een snaphaan ontvreemd te hebben. De schoengespen waren naar de lommerd in Deventer gebracht. Al eerder werd hij verdacht van het stelen van een horloge. In 1798, kort na het overlijden van Elsje Abrahams, kwam een boedelscheiding tot stand tussen Albert Goudkuijl en zijn zonen Abraham en Lubbert. De boedel bestaat uit een huis genaamd De Goudkuijl met een hof, "getimmertens, saaij-, hooij- en weijdelanden" en houtgewassen bij Beemte. Filho de
Jan Gerrits CAMPHORST (ver
V.17) e
Berentjen GERRITS (?).
Casamento igreja em
28‑01‑1731 em
Voorst com
Mechteltje Teunissen van ESSEN, nascida
..‑10‑1705 em
Voorst, batizada em
04‑10‑1705 em
Voorst, falecida em
07‑11‑1778 em
Voorst, enterrada em
12‑11‑1778 em
Voorst, filha de
Teunis van ESSEN.
Janna Abrahams KAMPHORST, nascida
..‑06‑1731 em
Voorst, batizada (
NDG) em
10‑06‑1731 em
Voorst.
Jan Abrahams KAMPHORST, nascido
..‑03‑1733 em
Voorst, batizado (
NDG) em
29‑03‑1733 em
Voorst.
Esposada
..‑02‑1759 em
Voorst, casamento igreja em
24‑02‑1759 em
Voorst com
Marianne DILHAGEN, nascida
±1735 em
Wilpe, filha de
Johannes DILHAGEN e
Aleida DERKSEN.
Hendrik Abrahams KAMPHORST,
winkelier, poorter (1784), bierdrager (1791), nascido
..‑12‑1744 em
Voorst, batizado (
NDG) em
06‑12‑1744 em
Voorst, falecido em
06‑07‑1791 em
Amsterdam.
Esposada em
19‑04‑1782 em
Amsterdam, casamento igreja
..‑04‑1782 em
Amsterdam com
Magdalena SIMONS, nascida
±1750.
Harmen Abrahams KAMPHORST,
poorter stad Amsterdam (1771), turfdrager (1785), nascido
..‑04‑1747 em
Voorst, batizado (
NDG) em
30‑04‑1747 em
Voorst, falecido
..‑07‑1785 em
Amsterdam, enterrado em
03‑07‑1785 em
Amsterdam, Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof.
Esposada (1) em
19‑04‑1771 em
Amsterdam, casamento igreja
..‑04‑1771 em
Amsterdam com
Elisabeth MOETJENS (Motjes), nascida
±1735 em
Leiden, falecida
..‑07‑1771 em
Amsterdam, enterrada em
12‑07‑1771 em
Amsterdam, Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof.
Esposada (2) em
17‑04‑1772 em
Amsterdam, casamento igreja
..‑04‑1772 em
Amsterdam com
Martijntje van KRUIJS, nascida
±1745 em
Meidrecht, falecida
..‑01‑1811 em
Amsterdam, enterrada em
13‑01‑1811 em
Amsterdam, Heiligewegs- en Leidsche Kerkhof.
Cornelis Abrahams KAMPHORST,
kanonnier onder Majoor Muslay te Nijmegen (1773), nascido
..‑02‑1735 em
Harderwijk, batizado (
NDG) em
11‑02‑1735 em
Harderwijk, falecido
<1818.
Cornelis Kamphorst's zoon Abraham was kanonnier bij het 3e Bataillon Artillerie van 1805 tot 1807. Op 12 april 1807 ging hij over naar het Zeeuwsche Legioen en op 1 september 1808 werd hij geincorporeerd bij het Regiment Koninklijke Artillerie te voet te Doetinchem. Op de 7e van de oogstmaand van het jaar 1809 werd hij door de Engelsen krijgsgevangen genomen. Op 19 september 1810 expireerde zijn diensttijd. Het signalement van Abraham was: lengte 5 voet 5 duim 2 streek, aangezicht glad en redelijk vol, voorhoofd breed, ogen donkerblauw, neus opspringend, mond ordinair, kin rond, haar en wenkrauwen donkerbruin. Filho de
Abraham Jansen CAMPHORST (ver
VI.28) e
Mechteltje Teunissen van ESSEN.
Casamento igreja em
29‑09‑1773 em
Arnhem (
NDG) com
Christina KNOOPS (Knops), nascida
±1740 em
Arnhem, batizada em
08‑04‑1741 em
Arnhem, falecida em
27‑12‑1818 em
Arnhem.
Christina, nascida
..‑07‑1774 em
Den Bosch, batizada (
RK) em
06‑07‑1774 em
Den Bosch (testemunhas:
Paulus Schuuren, Anna van Sommeren).
Anneken Cornelisse, nascida
..‑07‑1776 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
31‑07‑1776 em
Arnhem.
Abraham Cornelisse,
kanonnier (1805-1810), nascido
..‑04‑1777 em
Arnhem, batizado (
NDG) em
05‑04‑1777 em
Arnhem.
Mechteld Cornelisse KAMPHORST, nascida
..‑07‑1782 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
07‑07‑1782 em
Arnhem, falecida em
20‑04‑1853 em
Arnhem.
Een foto van de Langestraat te Arnhem (Am.4), waar Mechteld in 1853 woonde, is opgenomen als afbeelding in het hoofdstuk van de tak van Arnhem. Van de RK Kerk in de Varkensstraat te Arnhem, waar Mechteld haar 2 dochters liet dopen, hebben wij geen afbeelding kunnen vinden. Filha de
Cornelis Abrahams KAMPHORST (ver
VII.22) e
Christina KNOOPS (Knops).
Casamento em
17‑11‑1814 em
Arnhem com
Pieter ARNOLD (Peter Arnaud),
bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, nascido
±1789 em
Arnhem, falecido em
23‑03‑1860 em
Arnhem, filho de
Jan ARNOLT (Arnold) e
Fija van SEIJST (Tiga).
Jan Jacob ARNAUD, nascido
±1814 em
Arnhem, falecido em
25‑06‑1818 em
Arnhem.
levenloos ARNAUD, nascido em
08‑02‑1817 em
Arnhem, falecido em
08‑02‑1817 em
Arnhem, 0 dias de idade.
Jan Jacob ARNAUD, nascido em
21‑02‑1818 em
Arnhem, falecido em
25‑06‑1818 em
Arnhem, 124 dias de idade.
Christina ARNAUD, nascida
..‑09‑1819 em
Arnhem, falecida em
26‑03‑1820 em
Arnhem.
Christiaan ARNAUD, nascido em
04‑07‑1821 em
Arnhem, falecido em
12‑01‑1822 em
Arnhem, 192 dias de idade.
Pieter ARNAUD, nascido em
01‑09‑1823 em
Arnhem, falecido em
15‑09‑1823 em
Arnhem, 14 dias de idade.
Cornelia KAMPHORST, nascida
..‑05‑1802 em
Arnhem, batizada (
RK) em
21‑05‑1802 em
Arnhem, falecida em
05‑08‑1804 em
Arnhem, filha de
Mechteld Cornelisse KAMPHORST (ver
VIII.9).
Sophia Cornelia ARNOLD,
arbeidster, nascida em
09‑03‑1815 em
Arnhem, falecida em
01‑09‑1895 em
Arnhem em 80-anos de idade, filha de
Pieter ARNOLD (Peter Arnaud),
bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, e
Mechteld Cornelisse KAMPHORST (ver
VIII.9).
Casamento (1) em 26-anos de idade em
29‑12‑1841 em
Arnhem com
Urbanus TITULAER,
sigarenmaker, nascido
±1818 em
Arnhem, falecido em
30‑07‑1849 em
Arnhem, filho de
Hermanus Joannes TITULAER,
militair, e
Woutrina ANTONESE.
Casamento (2) em 36-anos de idade em
07‑05‑1851 em
Arnhem com
Evert BECKER,
arbeider, nascido
±1819 em
Arnhem, falecido em
24‑07‑1866 em
Arnhem, filho de
Anton BECKER,
arbeider, e
Petronella WARMSTEKER.
Wouter, nascido
±1841 em
Arnhem, falecido em
20‑09‑1843 em
Arnhem.
Johanna Antonia, nascida
±1842 em
Arnhem.
Theresia, nascida
±1845 em
Arnhem, falecida em
14‑12‑1890 em
Arnhem.
Pieter, nascido
±1848 em
Arnhem, falecido em
11‑12‑1881 em
Arnhem.
Evert, nascido
±1851 em
Arnhem, falecido em
27‑12‑1857 em
Arnhem.
Petronella, nascida
±1853 em
Arnhem, falecida em
04‑05‑1854 em
Arnhem.
Johanna Antonia ARNAUD,
arbeidster, nascida em
03‑06‑1816 em
Arnhem, falecida em
08‑09‑1899 em
Arnhem em 83-anos de idade, filha de
Pieter ARNOLD (Peter Arnaud),
bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, e
Mechteld Cornelisse KAMPHORST (ver
VIII.9).
Casamento em 24-anos de idade em
25‑11‑1840 em
Arnhem com
Jacobus ENGELS,
lantaarnaansteker, nascido
±1815, falecido
<1898.
Christianus, nascido
±1836.
Leendert, nascido
±1841 em
Arnhem, falecido em
10‑12‑1906 em
Arnhem.
Pieter Johannes, nascido
±1842 em
Arnhem, falecido em
25‑09‑1843 em
Arnhem.
Megchelina, nascida
±1844 em
Arnhem, falecida em
07‑04‑1919 em
Arnhem.
levenloos, nascida em
03‑05‑1847 em
Arnhem, falecida em
03‑05‑1847 em
Arnhem, 0 dias de idade.
Johanna Antonia, nascida
..‑06‑1848 em
Arnhem, falecida em
22‑06‑1848 em
Arnhem.
Jacobus Johannes, nascido
±1849 em
Arnhem.
Johanna Antonia, nascida
±1850 em
Arnhem, falecida em
05‑07‑1866 em
Arnhem.
Gerritdina, nascida
±1857 em
Arnhem.
Johanna Petronella, nascida
±1860 em
Arnhem, falecida em
24‑05‑1861 em
Arnhem.
Petronella ARNAUD (Arnoud), nascida em
08‑05‑1825 em
Arnhem, falecida em
03‑12‑1898 em
Arnhem em 73-anos de idade, filha de
Pieter ARNOLD (Peter Arnaud),
bediende/opperman, lantaarnaansteker, knecht landsprovoost, stokkeknecht, e
Mechteld Cornelisse KAMPHORST (ver
VIII.9).
Casamento em 28-anos de idade em
01‑06‑1853 em
Arnhem com
Hermanus BEKKER,
kleermakersknecht, nascido
±1825, filho de
Anton BECKER,
arbeider, e
Petronella WARMSTEKER,
wettiging 1 kind.
Antoon Peter ARNAUD, nascido
±1848 em
Arnhem, falecido em
30‑08‑1849 em
Arnhem.
Thunis (Teunis) Abrahams CAMPHORST,
smid, nascido
..‑06‑1737 em
Harderwijk, batizado (
NDG) em
21‑06‑1737 em
Harderwijk, falecido
<1795.
In 1770 en 1771 betaalde Teunis Camphorst, wonend in het kerspel Beekbergen in de buurtschap Lieren, aan de heerlijkheid 't Loo 1 gulden en 10 stuivers ambtslasten, een soort personele belasting. Toen Teunis' eerste vrouw Gerritje Gerrits in 1779 overleden was, werden Harmen Lucas en Hendrik Jansen aangesteld als voogden over haar minderjarige zoon Hartger. Zij deden een voorstel voor een "magescheijd" tussen vader en zoon, dat op 1 mei 1781 werd goedgekeurd. In 1787 leenden Teunis Abrahams Camphorst, zijn vrouw Janna Alberts en zijn meerderjarige zoon Hartger 300 carolij guldens tegen een rente van 4%. Onderpand voor deze lening waren "hun eigendommelijk huis en hof, groot circa 1,5 schepel, in de heerlijkheid 't Loo, kerspel Beekbergen, buurtschap Lieren, aan de gemene straat voorzijde en de beek achterzijde" en "0,75 morgen hooiland in de Beekbergense Hooilanden". De schuld werd in 1794 afgelost. Dit bezit werd in 1795 verkocht door Teunis' zoon Hartger voor een koopsom van fl. 310,--. Filho de
Abraham Jansen CAMPHORST (ver
VI.28) e
Mechteltje Teunissen van ESSEN.
Esposada em
15‑11‑1765 em
Beekbergen, casamento igreja em
08‑12‑1765 em
Beekbergen com
Gerritje (Gerbrig) GERRITS, nascida
..‑02‑1728 em
Beekbergen, batizada (
NDD) em
26‑02‑1728 em
Beekbergen,
doopdatum kan ook ??-08-1724 zijn, falecida em
18‑10‑1779 em
Beekbergen (testemunhas:
Harmen van 't Hengeler), enterrada em
23‑10‑1779 em
Beekbergen, filha de
Gerrit GERRITS e
Wijndeltje JANSEN.
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst),
grofsmid, hoefsmid, meestersmid, nascido
..‑05‑1766 em
Beekbergen, batizado (
NDG) em
08‑05‑1766 em
Beekbergen, falecido em
22‑01‑1847 em
Apeldoorn.
In 1798 kwam Hartger voor op een lijst van dienstplichtigen voor de nationale militie. Hij werd "verplicht bevoegd verklaard voor de militaire dienst en bleek "gewillig". In 1799 tekende hij zelfs "een verklaring van trouw aan het bataafse volk en van afkeer van het stadhouderlijk bewind". Hartger had al in 1812 een huis met 2 deuren en 5 vensters op de begane grond en de 1e verdieping, waarvan de woonhuur geschat werd op 40 franc per jaar. De belastingaanslag voor huisraad was 8 franc 37 centimes en voor de grondbelasting moest hij 11 franc 24 centimes betalen. In 1818 had hij nog evenveel deuren en vensters en woonde hij dus vrijwel zeker nog in hetzelfde huis als in 1812. Het huis stond aan Den Krommenhoek bij de Brinkstraat in het dorp Apeldoorn (Bn.3). Uit dit alles blijkt dat Hartger en Annetje in 1812 en 1818 tamelijk welvarend waren. In 1812 had Hartger 3 koeien, waarvoor hij in totaal fl. 6,-- belasting betaalde, en in 1813 betaalde hij fl. 4,-- voor 2 koeien. In 1812 verkochten Hartger en zijn vrouw Annetje Hendriksen Buitenhuis, samen met Annetje's broer Hendrik Hen driksen Buitenhuis en diens vrouw, "een huis met moeshof, bouw en weijland in het APeldoornsche Broekland aan de gemeene wegh", groot 1,7 hectaren. Tevens verkochten zij "twee morgen hoeijland in de Zuidbroeken onder de gemeente Apeldoorn", gelegen tussen de Nieuwe Wetering in het oosten en de Rietgraave in het westen (zie overzichtskaartje in het hoofdstuk van de tak van Apeldoorn). De totale opbrengst van deze verkoop was fl. 250,--. Het betrof hier waarschijnlijk de nalatenschap van Annetje's ouders.
In 1814 leenden Hartger en Annetje een bedrag van "zes hondert gulden hollans in natuur" tegen een rente van 5% voor een periode van 6 jaar. Onderpand voor deze lening was "een huis met bijgelegde schuure en moeshof gelegen in de gemeente Apeldoorn, een vierde portie in een perceel zaaijland gelegen in het Broekland onder Apeldoorn en een vierde portie in een stuk hooijland groot 3 morgen, genaamd het Lodden Land, geleegen op den Ankelaar aant Noord Apeldoornsche Veld aanlandend" (zie overzichtskaartje in het hoofdstuk van de tak van Apeldoorn). Ook dit onderpand was waarschijnlijk afkomstig uit de nalatenschap van Annetje's ouders. In 1815 werd ditzelfde bezit voor fl. 500,-- verkocht aan Annetje's broer Hendrik. Hartger's 3 oudste kinderen waren toen schoolgaand. Hartger had in 1832 in het dorp Apeldoorn 28 are grond in eigendom, waarop een erf, tuin, huis en schuur. De locatie van dit bezit is aangegeven op overzichtskaartje 2 (Bn.3). Het huis had een belastbare waarde van fl. 36,-- per jaar. Ook bezat Hartger toen nog 29,5 are weiland in de buurtschap Wormingen (Bn.4). In 1833 werd Hartger's bezit in de buurtschap Wormingen uitgebreid door aankoop van 26 are bouwland en hakhout in de Worminger Enk (Bn.5). In 1834 was de belastbare waarde van Hartger's huis fl. 36,-- en van zijn "ongebouwde eigendommen" fl. 20,54 (afb. 5). In 1841 verkochten Hartger en Annetje aan hun zoon Teunis, die toen bij hen inwoonde, het huis met erf en schuur aan de Krommenhoek in Apeldoorn Dorp en de percelen bouwland in de Worminger Enk. In 1837 hield Hartger in zijn huis een publieke verkoping van roerende goederen, waaronder een karn, een koperen ketel, een wanmolen, 2 bedden, tonnen, kandelaars, een bonenmolen, een vuurmand, een koffietrom, een tabakspot en tinnen borden, schotels en lepels. De opbrengst was fl. 137,90. In 1847, kort voor zijn overlijden, verbleef de weduwnaar Hartger Kamphorst in een afzonderlijke woning aan de zuidzijde van het huis van zijn zoon Teunis met zijn dochters Maria en Johanna Maria. Deze woning bestond uit een vertrek met een raam op het zuiden en een raam op het westen, een aangrenzende goot of achterkeuken, een zolder en een achterhuis. Hier werden de meeste bezittingen van Hartger en zijn reeds lang overleden vrouw Annetje onder de kinderen verdeeld. De inboedel bevatte o.a. een notenhouten kabinet, een glazenkast, een staartklok, stoelen met matten zittingen, zilveren lepels en gespen, 14 bijbels en andere boeken, porcelein en haardgereedschap. Aan voedingsmiddelen waren er o.m. vlees, spek en een pot vet. In het achterhuis bevonden zich gedorste rogge en boekweit, stro en een geitenhok met geit. De waarde van de inboedel werd geschat op fl. 239,--. Daarnaast waren er fl. 3300,-- aan schuldvorderingen te verdelen. Hartger's schuldernaren waren vooral zijn zoon Teunis, zijn stiefzoon Berend Hamment en zijn schoonzoons Cornelis Johannes Buurman en Hendrikus Jonker.
Eveneens in 1847 werd Hartger's grondbezit verdeeld. Dit omvatte het recht van erfpacht van een kamp weiland van het "zedelijk Ligchaam De Order Mark", het recht van huur van een kamp weiland "gelegen over de Gracht" in de Worminger Mark, een bouwland bij de Tepelenberg "doorsneden door het Biddermanspad", een bouwland aan de Arnhemse Straatweg (Bn.6) en een bouwland in de Worminger Enk "aan de oostkant van het Hezerveldje" (Bn.5). De totale geschatte waarde van dit bezit was fl. 79,--.
Hartger's oudste dochter Jacomyna kreeg van de bij haar ouders inwonende leerlingsmid Steven van der Zande een buitenechtelijk kind Jacobus Camphorst. Het kind werd geboren te Putten op 21-11-1834 ten huize van de ouders van zijn vader en overleed te Brink en Orden op 21-10-1837 in het huis van de ouders van zijn moeder. Hartger's dochter Gerritjen en haar echtgenoot, de bakker Cornelis Johannes Buurman, leenden in 1831 fl. 500,-- tegen een rente van 4,5%. Onderpand voor deze lening was een door hen bewoond huis met bakhuis, schuur, hof en bouwland, samen groot 65 roeden en 50 ellen, dat zij in 1830 hadden gekocht. Het huisje lag "bij den Eendracht" in de buurtschap Wormingen. Het grensde ten zuiden en ten westen aan de weg en ten noorden aan de Beek (Bn.7). In 1834 verkochten zij dit huisje weer en kochten zij een huis genaamd De Ploeg aan de Dorpsstraat te Apeldoorn. Samen met een schuurtje en een plaatsje was dit bedoeninkje 1 roede en 69 ellen groot (Bn.8). Ook kochten zij toen het recht van erfpacht aan een weiland, groot ca. 0,5 bunder, gelegen "voor de Meen te Apeldoorn bij de Zijnenberg en de Boterkamp". Vanaf 1843, na het overlijden van Gerritje, was Vornelis Johannes Buurman tapper en herbergier aan het Marktplein te Apeldoorn (Bn.9). Hij had toen ook een tuin aan de Stationsweg (Bn.10) en was heel actief in het opkopen en weer publiekelijk verkopen van roerende goederen, zoals allerlei huishoudartikelen, landbouwhuisdieren, veldvruchten en voedingsmiddelen. Vanaf 1866 trad hij eveneens op als makelaar in onroerend goed. Hartger's dochter Hendrika en haar echtgenoot, de metselaar Hendrikus Jonker, leenden in 1836 een bedrag van fl. 800,-- tegen een rente van 5%. Onderpand voor deze lening was een door hen bewoon huis "De Prins" met schuur, erf en tuin in het dorp Apeldoorn, samen groot 9 roeden 50 ellen, dat zij in 1831 hadden gekocht (Bn.11). In 1855 verkochten zij dit huis weer voor fl. 2200,--. Hartger's dochters Maria en Johanna Maria woonden bij hun vader en hun broer Teunis te Apeldoorn Dorp in 1847. In 1855 woonden zij samen met ene Schmidt te Brink en Orden. Toen Johanna Maria in 1855 trouwde, ging Maria bij haar broer Peter wonen. In 1863 benoemde Maria haar broers Peter en Hendrik tot haar enige erfgenamen, wat in feite inhield dat zij haar broer Teunis onterfde. Hartger's dochter Johanna Maria erfde van haar moeder Annetje Buitenhuis een bijbel, die later via haar broer Hendrik en diens afstammelingen terecht is gekomen bij Elsa Visscher-Vleugels van de Genealogische Werkgroep Kamphorst. In de bijbel staan aantekeningen in het handschrift van Annetje Buitenhuis (afb. 6).
Hartger's stiefzoon Berend Hamment was aanvankelijk slijter. In 1854 kocht hij de ten oosten van zijn huis staande uitspanning en herberg De Roode Leeuw, met de daarnaast gelegen 2 huizen, 2 schuren, een erf en een tuin. De koopsom was fl. 5370,--. De herberg lag op de hoek van de Deventersche en Amersfoortsche straatwegen en tegenover de Dorpsstraat te Apeldoorn (Bn.12). Berend stond daarna bekend als slijter en tapper. Hij verkocht echter De Roode Leeuw weer in 1861. In 1863 kocht hij voor fl. 5200,-- bouwland, weiland en bos aan de Deventersche Straat en in 1862 verkocht hij onroerend goed met een totaal oppervlak 19 bunder 42 roeden en 40 ellen (Bn.13, Bn.14, Bn.15 en Bn.16). Toen Berend in 1864 kinderloos overleed, erfden zijn halfbroers en halfzusters Kamphorst en de zusters van zijn vooroverleden vrouw elk een twaalfde deel. De totale opbrengst van zijn nalatenschap was fl. 25.350,--. Filho de
Thunis (Teunis) Abrahams CAMPHORST (ver
VII.24) e
Gerritje (Gerbrig) GERRITS.
Esposada em
14‑08‑1799 em
Apeldoorn, casamento igreja em
01‑09‑1799 em
Apeldoorn (
NDG) com
Annetje BUITENHUIS (Aaltje), 23 anos de idade, nascida em
22‑04‑1776 em
Apeldoorn,
volgens Arie Kamphorst geb. 06-10-1777, batizada (
NDG) em
28‑04‑1776 em
Apeldoorn (testemunhas:
Gerritje Jansen),
volgens Arie Kamphorst gedoopt d.d. 12-10-1777, falecida em
09‑12‑1841 em
Apeldoorn em 65-anos de idade, filha de
Hendrik Hendriks BUITENHUIS e
Jacomina Jansen MOS (Jacomijna Massink van Zeist).
Johannes Hartgers KAMPHORST, nascido em
01‑05‑1806 em
Brink en Orden (Apeldoorn).
Maria KAMPHORST, nascida em
30‑10‑1812 em
Apeldoorn, batizada (
NDG) em
22‑11‑1812 em
Apeldoorn, falecida em
20‑05‑1863 em
Apeldoorn em 50-anos de idade.
Janna Maria KAMPHORST (Johanna Maria), nascida em
31‑01‑1815 em
Apeldoorn, batizada (
NDG) em
19‑02‑1815 em
Apeldoorn, falecida em
09‑09‑1856 em
Apeldoorn em 41-anos de idade, enterrada em
15‑09‑1856 em
Apeldoorn.
Casamento em 40-anos de idade em
16‑06‑1855 em
Apeldoorn com
Lucas HANLEE, 57 anos de idade,
papierfabrikant, nascido em
15‑11‑1797 em
Apeldoorn, falecido em
10‑01‑1871 em
Apeldoorn em 73-anos de idade, filho de
Merten HANLEE e
Arendina NIJLAND.
Annetje KAMPHORST, nascida em
21‑07‑1822 em
Apeldoorn, falecida em
19‑09‑1826 em
Apeldoorn em 4-anos de idade.
Teunis KAMPHORST,
grofsmid, hoefsmid, nascido em
13‑11‑1801 em
Apeldoorn, batizado (
NDG) em
22‑11‑1801 em
Apeldoorn, falecido em
15‑02‑1884 em
Brink en Orden em 82-anos de idade.
In 1841 woonde de 40-jarige ongehuwde grofsmid Teunis Kamphorst nog bij zijn ouders in het huis aan de Krommenhoek in het dorp Apeldoorn (Bn.3). Hij kocht toen dit huis met erf en schuur van hen. Ook nam hij 3 percelen bouwland in de Worminger Enk van het over. De totale koopsom was fl. 1200,--. Teunis leende dit bedrag van zijn ouders voor een periode van 8 jaar en tegen een rente van 4,5%. Zijn ouders bleven bij hem wonen in een aangebouwde woning. Daar woonden in 1848 ook zijn zusters Johanna Maria en Maria. Eveneens in 1841 kocht Teunis van zijn ouders een weiland "voor de Mheen" en een stuk bouwland met hakhout bij de Tepelenberg. De totale koopsom was fl. 785,--. In 1847 verkocht hij het bouwland met hakhout weer. Teunis stond in 1852 te boek als hoefsmid. Hij was toen kennelijk in goeden doen, want hij stond toen samen met ene Cornelis Oosterwijk brog voor een lening van fl. 300,-- aan een ondernemer van een wagendienst tussen Apeldoorn en Arnhem. In 1863 erfde Teunis' echtgenote Zwaantje Disbergen uit de naltenschap van haar ouders ruim fl. 1500,-- en in 1864 erfde Teunis zelf meer dan fl. 2500,-- van zijn halfbroer Berend Hamment. Samen met zijn broers Hendrik en Peter verkocht hij uit de nalatenschap van Berend Hamment in 1864 ook nog voor fl. 500,-- rogge, boekweit, haver, mangelwortelen, winterwortelen, bonen en klaver. Na het overlijden van hun moeder Zwaanthe Disbergen verkochten de kinderen van Teunis uit haar nalatenschap een weiland en een bouwland in de buurtschap Zevenhuizen (Bn.18), een perceel opgaande bomen "bij Welgelegen" aan de Deventerstraatweg (Bn.17), 3 percelen heide in het Wenummer Veld (An.26) en een perceel bouwland met een houtwal bij Beemte (An.27).
In 1895 verkochten Teunis' ongehuwde zonen Hartger en Geurt, beiden meestersmid, hun "fijnsmederij en erf staande en gelegen in Den Krommenhoek aan de Rustenburgstraat te Apeldoorn". Koper was de meestersmid Johan Jochem Kamphorst, hun neef. De smederij werd verkocht voor slechts fl. 1000,--. In 1899 verkochten Teunis' zonen Geurt en Hartger 2 huizen, een werkplaats en een stuk bouwland aan de Asselsestraat te Brink en Orden. (Bn.19). Toen Hartger in 1911 overleed, had hij in gemeenschap van goederen met zijn broer Geurt 12 verschillende buitenlandse effecten ter waarde van fl. 11059,91. Zelf bezat hij ook nog 7 hypothecaire en gewone vorderingen met een totale waarde van fl. 12938,--. Verder had hij 2 huisjes in het dorp Apeldoorn, waarvan er 1 op fl. 3700,-- werd getaxeerd, 2 gesloten banken in de Nederlands Hervormde Kerk aan de Loolaan ter waarde van fl. 210,--, een op fl. 372,-- geschatte inboedel en fl. 530,-- aan contanten. Hartger legateerde fl. 500,-- aan de Christelijke School aan de Schoolstraat, fl. 500,-- aan het weeshuis der Hervormde Gemeente en fl. 500,-- aan de Commissie voor de oprichting van een tweede Christelijke School. Zijn erfgenamen waren zijn broer Geurt en zijn zuster Antje. Geurt bezat na het overlijden van Hartger ook nog 2 huizen achter de oude smederij aan de Krommenhoek (Bn.3). Teunis' dochter Petertje had tot 1898 in de buurtschap Zevenhuizen een stuk bouwland in haar bezit (Bn.20) en zijn dochter Antje verkocht rond 1920 een huis aan de Brink (Bn.21) en 4 huizen aan de weg naar Brink en Orden (Bn.22). Onder een notariële acte van een openbare verkoping stonden de handtekeningen van Teunis, zijn vrouw Zwaantje, zijn broers Hartger en Peter en twee van zijn zwagers (afb. 7 boek). Filho de
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst) (ver
VIII.11) e
Annetje BUITENHUIS (Aaltje).
Casamento em 34-anos de idade em
24‑06‑1836 em
Apeldoorn com
Zwaantje DISBERGEN (Disberg), 24 anos de idade,
huiswerkdoende, nascida em
08‑06‑1812 em
Apeldoorn, falecida em
25‑09‑1864 em
Apeldoorn em 52-anos de idade, filha de
Geurt Hendriks DISBERGEN (Disberg),
timmerman, landman, e
Petertje Bartels BUITENHUIS (Petronella).
Hartger,
smid, nascido em
01‑10‑1837 em
Apeldoorn, falecido em
25‑08‑1911 em
Brink en Orden em 73-anos de idade.
Geurt (Gerrit), nascido em
16‑03‑1843 em
Brink en Orden, falecido em
03‑02‑1922 em
Brink en Orden em 78-anos de idade.
Gerritje, nascida em
20‑01‑1848 em
Apeldoorn, falecida em
22‑04‑1851 em
Apeldoorn em 3-anos de idade.
Petertje KAMPHORST, nascida em
11‑01‑1840 em
Apeldoorn, falecida em
04‑10‑1900 em
Apeldoorn em 60-anos de idade, filha de
Teunis KAMPHORST (ver
IX.21) e
Zwaantje DISBERGEN (Disberg),
huiswerkdoende.
Casamento em 27-anos de idade em
20‑04‑1867 em
Apeldoorn,
vlgs. andere bron gehuwd op 07-04-1867 Apeldoorn com
Gerrit PALM, 27 anos de idade,
papiermaker/papierfabrikant op de Nieuwe Molen te Emst, nascido em
18‑04‑1840 em
Epe, batizado em
31‑05‑1840 em
Epe, falecido em
09‑08‑1877 em
Epe em 37-anos de idade, filho de
Jan PALM e
Reyntjen PALM.
Reintje, nascida em
25‑04‑1868 em
Epe.
Zwaantje Antonia, nascida em
29‑09‑1869 em
Epe.
Casamento em 25-anos de idade em
22‑05‑1895 em
Apeldoorn com
Albert van der HEIDEN,
slager, nascido
±1870 em
Deventer.
Jan Hendrik, nascido em
03‑10‑1870 em
Epe.
Teunis Gerrit, nascido em
26‑05‑1872 em
Epe.
Geertruida Johanna, nascida em
09‑03‑1874 em
Epe.
Tonia, nascida em
17‑12‑1875 em
Epe.
Antje KAMPHORST, nascida em
19‑08‑1845 em
Apeldoorn, falecida em
19‑02‑1923 em
Apeldoorn em 77-anos de idade, filha de
Teunis KAMPHORST (ver
IX.21) e
Zwaantje DISBERGEN (Disberg),
huiswerkdoende.
Casamento em 35-anos de idade em
05‑02‑1881 em
Apeldoorn com
Hendrik ROUWENHORST, 44 anos de idade,
timmerman, nascido em
03‑02‑1837 em
Apeldoorn, falecido
<1923, filho de
Loog ROUWENHORST e
Maria van HOUTEN.
Maria, nascida em
08‑06‑1882 em
Apeldoorn, falecida em
24‑01‑1887 em
Apeldoorn em 4-anos de idade.
Jacomijna Hartgers KAMPHORST,
dienstmaagd, naaister, nascida em
22‑02‑1805 em
Apeldoorn, batizada (
NDG) em
10‑03‑1805 em
Apeldoorn, falecida em
13‑12‑1863 em
Voorst/Wilp (Landgoed De Lathmer van Julian Cornelis Crommelin) em 58-anos de idade, enterrada em
16‑12‑1863 em
Wilp, filha de
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst) (ver
VIII.11) e
Annetje BUITENHUIS (Aaltje).
Casamento em 40-anos de idade em
04‑02‑1846 em
Amsterdam com
Habbe Ommen FELDMANN,
bakker, nascido
±1813 em
Esens (Hannover), falecido
<1860, filho de
Wilhelm FELDMANN,
landbouwer, e
Foske LAMMERS.
Jacobus KAMPHORST, nascido em
21‑11‑1834 para
18.00 hora em
Putten (testemunhas:
Gerrit Wolbersom, Jaspert van Dam), falecido em
29‑10‑1837 em
Apeldoorn em 2-anos de idade, filho de
Jacomijna Hartgers KAMPHORST (ver
IX.23).
Gerritjen Hartgers KAMPHORST,
dienstmeid, nascida em
21‑09‑1807 em
Brink en Orden, batizada (
NDG) em
04‑10‑1807 em
Apeldoorn, falecida em
01‑04‑1840 em
Apeldoorn em 32-anos de idade, enterrada em
07‑04‑1840 em
Apeldoorn, filha de
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst) (ver
VIII.11) e
Annetje BUITENHUIS (Aaltje).
Casamento em 23-anos de idade em
24‑09‑1830 em
Apeldoorn com
Cornelis Johannes BUURMAN, 24 anos de idade,
bakker, nascido em
15‑05‑1806 em
Apeldoorn, filho de
Marten BUURMAN,
bakker, e
Tijsje BRASKAMP.
Martha Thijsina, nascida em
28‑01‑1831 em
Apeldoorn.
Antjen, nascida em
14‑12‑1833 em
Apeldoorn, falecida em
18‑06‑1840 em
Apeldoorn em 6-anos de idade, enterrada em
22‑06‑1840 em
Apeldoorn.
Hartgerdina, nascida em
18‑02‑1836 em
Apeldoorn.
Tijsje, nascida em
01‑10‑1838 em
Apeldoorn.
Hendrika Hartgers KAMPHORST, nascida em
09‑02‑1810 em
Brink en Orden, batizada (
NDG) em
04‑03‑1810 em
Apeldoorn, falecida em
17‑10‑1858 em
Apeldoorn em 48-anos de idade, filha de
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst) (ver
VIII.11) e
Annetje BUITENHUIS (Aaltje).
Casamento em 24-anos de idade em
09‑01‑1835 em
Apeldoorn com
Hendrikus JONKER, 24 anos de idade,
metselaar, soldaat bij 7e afdeling Infanterie (1834), nascido em
14‑04‑1810 em
Apeldoorn, filho de
Abraham JONKER,
metselaar, e
Neeltjen NIJDEKEN.
Abraham, nascido em
07‑09‑1834 em
Balgooy, falecido em
07‑04‑1840 em
Apeldoorn em 5-anos de idade, enterrado em
11‑04‑1840 em
Apeldoorn.
Hartger, nascido em
14‑01‑1837 em
Apeldoorn.
Antje, nascida em
10‑08‑1842 em
Apeldoorn, falecida em
13‑06‑1922 em
Rotterdam em 79-anos de idade.
Casamento em 29-anos de idade em
24‑07‑1872 em
Rotterdam com
Arnoldus Johannes Hubertus HERMSEN, nascido
±1845 em
Rotterdam.
Barend, nascido em
04‑09‑1850 em
Apeldoorn.
Peter KAMPHORST,
timmerman, winkelier, nascido em
10‑03‑1819 em
Apeldoorn, falecido em
27‑07‑1904 em
Apeldoorn em 85-anos de idade.
Peter Kamphorst, timmerman te Apeldoorn, kocht in 1855 een huisje met erf aan de Brink te Apeldoorn (Bn.28). Onderdeel van de koop was ook "het recht van erfpacht van het Zedelijk Ligchaam de Mark van Orden", tegen een betaling van een pacht van fl. 0,75 per jaar, van een stukje nieuw ontgonnen grond achter het huisje. De koopsom was fl. 300,-- waarvan fl 50,-- contant werd betaald en fl. 250,-- bestodn uit de overname van een hypothecaire schuld. Op 2 februair 1858 verkocht hij dit bezit weer voor fl. 400,--.
Waarschijnlijk om zijn nieuwe huis te meubileren, kocht Peter in 1856 van zijn zwager Cornelis Johannes Buurman voor een bedrag van fl. 170,60 een complete inboedel, waaronder een bed (fl. 14,25), secretaire (fl. 40,--), kookfornuis (fl. 6,75), spiegel (fl. 11,--), doofpot (fl. 7,75), tafel (fl. 4,25) en stoelen (fl. 6,75).
Op 15 juli 1858 kocht Peter een huis met tuin en bouwland, evenals zijn vorige huisje gelegen aan de Brink te Apeldoorn. De koopprijs was fl. 2000,--, hetgeen Peter leende tegen een rente van 4,5%. Later werd deze schuldvordering overgenomen door Peter's halfbroer Berend Hamment. Mogelijk gebeurde dit om Peter te beschermen tegen faillisement. Uit de nalatenschap van dezelfde halfbroer Berend Hamment erfde Peter in 1864 een bedrag van fl. 2110,--. Hij kocht toen uit die nalatenschap percelen bouwland, weiland en hakhout, ter grootte van 1 bunder 70 roeden en 62 ellen in de buurtschap Zevenhuizen (Bn.29). Hij verkocht dit weer in 1869 voor fl. 500,--. In 1870 bleek Peter toch weer geldgebrek te hebben. Hij leende toen fl. 5000,-- tegen 5% rente. Onderpand was weer zijn huis met tuin en bouwland aan de Brink. Van 1895 tot 1904 woonden Peter en Alberdina in een boerderijtje aan de Christiaan Geurtsweg te Apeldoorn (afb. 12). Daar was ook Peter's timmerwerkplaats gevestigd. Het echtpaar verbouwde er ook groente en hield er bijen. De "mooie kamer" van het huis werd wel eens verhuurd, want de familie zelf zat 's avonds rond de kachel in de "keukenkamer". Een foto toont Peter met zijn vrouw Johanna Alberdina Wagenaar (afb. 13).
Peter's zoon Hartger is 50 jaar lang lid geweest van de APeldoornse Vrijwillige Brandweer. Uiteindelijk werd hij Adjunct Opperbrandmeester. Peter's zoon Aart Jacobus was bij zijn overlijden zelfs erelid van dit brandweerkorps, waaraan hij 52 jaar verbonden was geweest. Ook was hij bij zijn overlijden oud-lid van het harmonie-orkest van Apeldoorn, waarin hij 63 jaar lang als werkend lid actief was geweest. Hartger en Aart Jacobus werden aan het eind van hun loopbaan als brandweermannenonderscheiden door de burgemeester van Apeloorn (afb. 14). Aart Jacobus werd drager van de zilveren medaille van de Huisorde van Oranje. Omstreeks 1900 plaatste Aart Jacobus een advertentie, waarin hij aabood bijenvolken te vervoeren naar de heide.
Bij het overlijden van Peter in 1904 werd een memorie van successie opgesteld. Zijn nalatenschap bestond uit fl. 11128,40 aan activa en fl. 3321,14 aan passiva. Tot de activa behoorden zijn huis op een perceel van 15 are en 20 centiare aan de Christiaan Geurtsweg ter waarde van fl. 3750,--, fl. 1187,-- aan vorderingen en een spaartegoed van fl. 4795,--. Ook bezat Peter een zitbank in de Nederlands Hervormde Kerk te Apeldoorn. De passiva bestonden uit o.a. een hypothecaire schuld van fl. 1000,-- en fl. 2307,24 aan andere schulden. Het batig saldo werd verdeeld onder Peter's kinderen Antje, Hartger en Aart Jacobus. Toen zoon Aart Jacobus in 1937 overleed, was er op het perceel aan de Christiaan Geurtsweg een tweede huis met een schuur gebouwd. De onroerende goederen waren samen fl. 8800,-- waard. Daarnaast had Aart Jacobus een hypothecaire vordering van fl. 3000,-- en een spaarbankboekje bij de Boerenleenbank ter waarde van fl. 6810,36. Samen met zijn broer Hartger en zuster Antje had hij tevens 2 spaarbankboekjes bij de Rijspostspaarbank, elk met een saldo van fl. 1103,26. Het totaal van de activa was fl. 22.334,37 en de schulden bedroegen fl. 146,88.
Dochter Antje overleed op 30-11-1940, ruim 7 maanden na haar broer Hartger. Zij bezat toen o.a. nog de panden aan de Christiaan Geurtsweg ter waarde van fl. 10800,--, een banksaldo van fl. 2640,58 bij de Boerenleenbank en fl. 4388,80 aan kasgeld. Zij had 2 zitplaatsen in de Nederlands Hervormde Kerk. Als erfgenamen had zij slechts achterneven en zij had een aantal legaten geschonken aan personen en instellingen. Tot deze instellingen behoorden de Vereniging voor Diaconessenarbeid, de Vereniging Harmonie-orkest Apeldoorn en de Nederlands Hervormde Gemeente. Van de heer J. van Beek te Vorden ontvingen wij de hierbij afgebeelde foto van dochter Antje. Hij herinnert zich hoe hij als jongen van 12 jaar met zijn ouders op bezoek ging bij het boerderijtje aan de Christiaan Geurtsweg. De tuin, die dicht begroeid was met fruitbomen en bessenstruiken, eindigde in een wildernis bij het vervuilde stroompje De Grift. Ook waren er druiven en bijenkorven. Toen het huis na Antje's overlijden werd ontruimd, bleek zij maar weinig bezittingen van haarzelf en haar broers te hebben weggegooid. Zo kwamen er veel onderscheidingen te voorschijn en een doos met feestartikelen van de oranjevereniging. Muizen hadden de rollen met serpentines zodanig aangevreten dat er nog slechts kleine snippertjes waren overgebleven. Filho de
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst) (ver
VIII.11) e
Annetje BUITENHUIS (Aaltje).
Casamento em 36-anos de idade em
18‑08‑1855 em
Apeldoorn com
Johanna Alberdina WAGENAAR, 35 anos de idade,
dienstmeid Amsterdam (1855), nascida em
10‑01‑1820 em
Epe, falecida em
10‑07‑1899 em
Brink en Orden em 79-anos de idade, filha de
Aart WAGENAAR e
Hendrikje Gerrits MULDER.
Antje, nascida em
18‑06‑1856 em
Apeldoorn, falecida em
30‑11‑1940 em
Apeldoorn em 84-anos de idade.
Hendrika Hermina, nascida em
11‑12‑1857 em
Apeldoorn, falecida em
18‑12‑1871 em
Apeldoorn em 14-anos de idade, enterrada em
22‑12‑1871 em
Apeldoorn.
Hartger,
timmerman, nascido em
31‑08‑1859 em
Apeldoorn, falecido em
15‑04‑1940 em
Apeldoorn em 80-anos de idade, enterrado
..‑04‑1940 em
Apeldoorn.
Aart Jacobus,
timmerman, nascido em
24‑02‑1861 em
Apeldoorn, falecido em
11‑04‑1937 em
Apeldoorn em 76-anos de idade, enterrado
..‑04‑1937 em
Apeldoorn.
Gerritje, nascida em
21‑01‑1863 em
Apeldoorn, falecida em
18‑03‑1864 em
Apeldoorn em 1-anos de idade.
Hendrik KAMPHORST,
grofsmid, hoefsmid, nascido em
10‑03‑1819 em
Apeldoorn, falecido em
21‑04‑1894 em
Apeldoorn em 75-anos de idade.
Hendrik senior was waarschijnlijk al vanaf 1855 gevestigd in de smederij aan de Mariastraat in Apeldoorn Dorp, want hij kocht toen aan diezelfde Mariastraat een tuin ter grootte van 5 roeden en 90 ellen voor fl. 800,-- (Bn.22). Een foto laat zien hoe deze smederij er uit zag (afb. 8) en op een andere foto staat Hendrik met zijn vrouw rond 1890 (afb. 9). De ijzersmid Hendrik senior stond in 1858 borg voor een ondernemer van een wagendienst tussen Apeldoorn en Deventer, die fl. 200,-- leende. Deze wagendienst verzorgde het vervoer van zowel passagiers als goederen. In 1862 stond hij opnieuw borg voor een exploitant van een wagendienst, die fl. 300,-- leende. Nu betrof het een dienst tussen Apeldoorn en Arnhem, die alleen goederen vervoerde. Hendrik was toen kennelijk al in redelijk goede doen. In 1860 huurde Hendrik senior, samen met 2 anderen, voor 6 jaar een stuk bouwland in de Kruisakkers (Bn.24) en een perceel bouwland in de Dorper Enk (Bn.25). De jaarlijkse huur voor deze percelen was respectievelijk fl. 4,50 en fl. 8,--. In 1864 kocht hij ook nog een weiland "bij de dekenfabriek in het kopermolenveld". Toen Hendrik senior en Eessa Sager in 1904 beiden overleden waren, verdeelden hun 6 kinderen de naltenschap. Deze bestond uit een woonhuis met smederij, schuur en tuin aan de Mariastraat, geschat op fl. 5500,--, een weiland bij de Lange Nieuwstraat ter waarde van fl. 1500,--, roerende lichamelijke goederen voor fl. 580,--, de inventaris van de smederij (fl. 628,--), vorderingen wegens geleverd smidswerk en geleverde ijzerwaren (samen fl. 1500,--) en 2 zitplaatsen in de kerk van de Nederlands Hervormde Gemeente (fl. 200,--).
Bij het ruimen van de oude begraafplaats aan de Loolaan te Apeldoorn in 1953 werd een staande grafsteen aangetroffen met het opschrift : H. Kamphorst 10 maart 1819-2 april 1894 en Isa Kamphorst-Sargen 26 februari 1820-26 oktober 1904. De misspellingen zijn vermoedelijk het gevolg van een vervaging van het grafschrift op de steen. Hendrik senior's zoon Hendrik bezat in 1904 4 huisjes in de buurtschap Het Loo bij Apeldoorn (Bn.27). Hij stelde die toen als onderpand voor een lening van fl. 1000,-- tegen een rente van 4,5%. Hijzelf woonde tot 1919 in een huis in het "Kopermolensche Veld" (Bn.26).
Op een foto (afb. 10) staan v.l.n.r. Hendrik Senior's 3 oudste kinderen Hendrika, Hartger en Antje. Zij bleven ongehuwd bij elkaar wonen in het huis bij hun smederij op het adres Fabrieksstraat 14 (Bn.30, afb. 11). Hun nichtjes herinneren zich vooral de tantes "Ante en Drieke", die een strakke huishouding voerden. Het waren bijdehandte dametjes, die verschillende slofjes droegen "veur deurdeweeks, veur Zundag, veur buuten en veur binnen". Als de nichtjes op visite kwamen, moesten ze als paaltjes aan tafel blijven zitten. Voor de afwisseling mochten zij zo nu en dan even "in de hof kiek'n".
Zoals alle Kamphorsten van de takken van Voorst, Apeldoorn en Beekbergen spraken Hendrika en Antje het Saksische dialect van de Oostelijke Veluwe. Dit wordt geïllustreerd door het volgende gesprek, dat tijdens een zware storm door de nichtjes werd opgetekend. Ante tegen Drieke: "Wat een weer, de bliend'n kleppert". Antwoord van Drieke: "Ik heur oe nietwant de bliend'n kleppert zo".
De gezusters Antje en Hendrika hadden zich goed voorbereid op een eventuele oorlog. Er lagen stapels lakens en slopen in de kast. Daarvan mocht niets aan de minderbedeelden worden gegeven, want "dan hadden ze zelf maar moeten zorgen". Toen de tantes overleden waren, was al het linnengoed vergeeld en vergaan. Filho de
Hartger (Hertger) Teunisse CAMPHORST (Kamphorst) (ver
VIII.11) e
Annetje BUITENHUIS (Aaltje).
Casamento em 36-anos de idade em
18‑08‑1855 em
Apeldoorn com
Eessa SAGER, 35 anos de idade, nascida em
26‑02‑1820 em
Apeldoorn, batizada (
NDG) em
26‑03‑1820 em
Apeldoorn, falecida em
26‑10‑1904 em
Apeldoorn em 84-anos de idade, filha de
Johan Jochem SAGER,
koperslager, landman, werkbaas, e
Gerritje MULDER,
landbouwster.
Hartger,
smid, nascido em
28‑11‑1856 em
Apeldoorn, falecido em
29‑07‑1928 em
Apeldoorn em 71-anos de idade, enterrado em
01‑08‑1928 em
Apeldoorn.
Gerritje, nascida em
24‑12‑1858 em
Apeldoorn, falecida em
02‑12‑1909 em
Apeldoorn em 50-anos de idade, enterrada em
04‑12‑1909 em
Apeldoorn.
Antje, nascida em
22‑09‑1860 em
Apeldoorn, falecida em
18‑06‑1949 em
Apeldoorn em 88-anos de idade, enterrada em
22‑06‑1949 em
Apeldoorn.
Hendrika, nascida em
19‑09‑1864 em
Apeldoorn, falecida em
25‑03‑1949 em
Apeldoorn em 84-anos de idade, enterrada em
01‑04‑1949 em
Apeldoorn (begraafplaats Soerenseweg).
Johan Jochem KAMPHORST,
smid, nascido em
03‑11‑1862 em
Apeldoorn, falecido em
23‑04‑1944 em
Apeldoorn em 81-anos de idade, enterrado em
26‑04‑1944 em
Apeldoorn.
Op 12 april 1876 ontving Johan Jochem een getuigschrift en een boekwerk uit handen van de Regenten van de "School van Zijne Majesteit Koning Willem III" op het Loo. Hij kreeg dit vanwege zijn ijver en goed gedrag gedurende zijn 7-jarig verblijf aan deze school.
Johan Jochem bezat in 1894 "in de eierstreek" te Apeldoorn al een stukje grond met daarop een door hem zelf gebouwd huis. Hij stelde dit bezit toen als onderpand voor een lening van fl. 2000,-- tegen 4,5% rente (Bn.31). In 1895 kocht Johan Jochem van zijn ongetrouwde ooms Hartger en Geurt voor fl. 1000,-- de fijnsmederij "in den Krommehoek" op het latere adres Rustenburgstraat 4 te Apeldoorn (Bn.22). Op de foto van deze smederij staan links Hartger's vrouw Hendrika en dochter Hendrika naast 2 ingekwartierde soldaten en uiterst rechts Johan Jochem zelf (afb. 15). In 1918 had hij zijn smederij met een huis en een schuur aan de overkant van De Krommenhoek, op het adres Rustenburgstraat 9 (Bn.32). Ook bezat Hartger vanaf 1915 nog een huis aan de Bajonetstraat te Apeldoorn (Bn.33) en een huis "op den Enk (Bn.34).
In 1917 vierden Johan Jochem en Hendrika Berends hun zilveren bruiloft. Op de foto van de familiebijeenkomst (afb. 16) staan achter het bruidspaar van links naar rechts de kinderen Hendrika, Eessa, Jan en Dina. Tussen Hendrika Berends en Johan Jochem staat hun jongste dochter Gerritje. Joha Jochems dochter Dina en haar echtgenoot Maarten den Otter hadden rond 1930 een kruidenierszaak in de Bruggestraat te Harderwijk (afb. 17). Op de foto staat Dina voor haar winkel. Op de vierde foto staat Johan Jochem's dochter Eessa en haar echtgenoot Pieter Vleugels afgebeeld met hun kinderen. Deze kinderen zijn Johannes Hendrikus, Elsa Pieternella en Marianne Hendrika Augusta (afb.18).
Johan Jochem's dochter Hendrika had een onderwijsakte in Nuttige Handwerken. Zij ging vaak uit naaien en werd later winkeljuffrouw in de afdeling handwerken van een warenhuis. Johan Jochem's dochter Gerritje zong als jong meisje in de christelijke zangvereniging "De Lofstem" te Apeldoorn. Van 1935 tot 1996 was zij inwonend bij een familie Zwart te Epe, aanvankelijk als hulp in de huishouding en later als winkelbediende. Deze familie had een winkel in huishoudelijke artikelen, luxe-goederen en souvenirs. Uiteindelijk werd de zaak een HEMA-vestiging, waarin Gerritje haar loopbaan beëindigde als cheffin. Filho de
Hendrik KAMPHORST (ver
IX.35) e
Eessa SAGER.
Casamento em 29-anos de idade em
13‑08‑1892 em
Apeldoorn com
Hendrika BERENDS, 24 anos de idade, nascida em
13‑10‑1867 em
Wilp, falecida em
23‑02‑1931 em
Harderwijk em 63-anos de idade, enterrada em
26‑02‑1931 em
Apeldoorn, filha de
Jannis BERENDS,
molenaar, e
Dina Uit den BOOGAARD.
Gerritje (Gerrie),
hulp in de huishouding, winkeljuffrouw brood- en banketbakkerij, nascida em
08‑07‑1909 em
Apeldoorn (facτπo:
NH, Pinkstergemeente), falecida em
06‑01‑2001 em
Epe em 91-anos de idade, enterrada em
10‑01‑2001 em
Apeldoorn.
Eessa KAMPHORST,
kinderverzorgster, nascida em
17‑01‑1893 em
Apeldoorn (facτπo:
NH), falecida em
03‑03‑1956 em
Den Haag em 63-anos de idade, enterrada
..‑03‑1956 em
Den Haag, filha de
Johan Jochem KAMPHORST (ver
X.43) e
Hendrika BERENDS.
Casamento em 30-anos de idade em
17‑01‑1923 em
Apeldoorn com
Pieter Marinus VLEUGELS, 27 anos de idade,
electrotechnisch ingenieur, nascido em
27‑10‑1895 em
Den Haag, batizado (
NH) em
10‑03‑1895 em
Den Haag, filho de
Johannes VLEUGELS e
Maatje DEKKER.
Johannes Hendrikus,
kunstschilder, nascido em
27‑05‑1924 em
Den Haag.
Elsa Pieternella,
verpleegkundige, nascida em
07‑05‑1928 em
Monster.
Casamento
±1953 com
? VISSCHER, nascido
±1927.
Marianne Hendrika Augusta,
muziekdocente, nascida em
21‑05‑1932 em
Monster, falecida em
12‑07‑1996 em
Leeuwarden em 64-anos de idade.
Jannis KAMPHORST,
smid, nascido em
17‑11‑1894 em
Apeldoorn (facτπo:
NH), falecido em
14‑02‑1949 em
Rotterdam em 54-anos de idade, enterrado em
17‑02‑1949 em
Rotterdam Hofwijk.
Aanvankelijk had Jannis van zijn vader de smederij op het adres Rustenburgstraat 9 met 2 huizen en een schuur overgenomen (Bn.32,afb.19). Hij verkocht dit bezit echter in 1926 en ging daarna in loondienst werken. Jannis is als smid werkzaam geweest in verschillende bedrijven. Zo werkte hij in 1928 in een constructiebedrijf te De Lier, in 1932 in een spoorwegbedrijf te Schiebroek, in 1934 in de Frederikssmederijen te Overschie en in 1936 in de smederij van het destructiebedrijf Gekro. Jannis' zoon Hans was lid nr. 571 van de Vereniging Veluwse Geslachten. Hij verzamelde een groot deel van de genealogische gegevens voor de tak van Beekbergen. Een foto toont Hans als baby met zijn moeder Gerarda Lubberta Buurman (afb. 20). Filho de
Johan Jochem KAMPHORST (ver
X.43) e
Hendrika BERENDS.
Esposada
..‑06‑1920 em
Apeldoorn, casamento em 25-anos de idade em
15‑06‑1920 em
Apeldoorn com
Gerarda Lubberta BUURMAN, 25 anos de idade, nascida em
30‑09‑1894 em
Apeldoorn, falecida em
09‑02‑1972 em
Rotterdam em 77-anos de idade, enterrada em
12‑02‑1972 em
Oud Kralingen, filha de
Gerrit BUURMAN e
Lubberta JETHS.
Jochem J. (Hans),
tecnhisch hoofdambtenaar, nascido em
14‑03‑1921 em
Apeldoorn, falecido em
28‑04‑2001 em
Rotterdam (verpleeghuis Rustenburg) em 80-anos de idade, enterrado em
03‑05‑2001 em
Rotterdam, Prinsenland.
Gerrit KAMPHORST,
vliegtuigtechnicus, nascido em
13‑06‑1924 em
Apeldoorn (facτπo:
NH), falecido em
01‑10‑2006 em
Amstelveen em 82-anos de idade, cremado em
05‑10‑2006 em
Amstelveen.
Op de foto staat Gerrit afgebeeld met zijn vrouw Cheng Ai (Nora) Lim (afb.21). Hij woonde met zijn gezin het het onafhankelijke Indonesië vanaf 1949 en keerde pas naar Nederland terug in 1958. Filho de
Jannis KAMPHORST (ver
XI.11) e
Gerarda Lubberta BUURMAN.
Casamento em 29-anos de idade em
19‑08‑1953 em
Medan (Ned.Indie) com
Cheng Ai (Nora) LIM, 18 anos de idade, nascida em
29‑08‑1934 em
Medan, filha de
Eng Hoe LIM e
Sioe Lan TAM.
Djalan Timor, nascido
±1952 em
Medan.
Katinga (Katja) KAMPHORST, nascida em
24‑12‑1953 em
Medan, filha de
Gerrit KAMPHORST (ver
XII.6) e
Cheng Ai (Nora) LIM.
Casamento em 25-anos de idade em
21‑12‑1979 com
Frederik Hendrik (Frits) STRASTERS, 26 anos de idade, nascido em
29‑04‑1953.
Maarten Paul, nascido em
09‑05‑1985.
Sabine Roelina, nascida em
31‑03‑1988.
Grada Marianne (Gerda) KAMPHORST, nascida em
10‑08‑1957 em
Palembang (Indonesie), filha de
Gerrit KAMPHORST (ver
XII.6) e
Cheng Ai (Nora) LIM.
Coabitaτπo
ca. 1995 em
Amsterdam com
Gerard HEMRIKA, nascido em
16‑05‑1951 em
Amsterdam, filho de
Sijtse HEMRIKA e
Christina BRUINSMA.
Sander Alex KAMPHORST, nascido em
14‑09‑1998 em
Amsterdam.
Grada Marianne's zoon Sander Alex kreeg de familienaam Kamphorst van zijn moeder. Hierdoor werd de tak van Beekbergen voor uitsterven behoed. Op de foto is Sander Alex ongeveer 5 jaar oud (afb. 22).
Tanja KAMPHORST, nascida em
02‑01‑1959 em
Haarlem, filha de
Gerrit KAMPHORST (ver
XII.6) e
Cheng Ai (Nora) LIM.
Casamento em 30-anos de idade em
29‑09‑1989 com
Nik LAANSMA, nascido
±1959.
Rens Martijn, nascido em
21‑02‑1990 em
Amstelveen.
Max Alexander, nascido em
14‑07‑1993 em
Mijdrecht.
Hendrika KAMPHORST, nascida em
17‑10‑1933 em
Apeldoorn (facτπo:
NH), filha de
Jannis KAMPHORST (ver
XI.11) e
Gerarda Lubberta BUURMAN.
Casamento em 28-anos de idade em
22‑11‑1961 em
Overschie, casamento igreja em
22‑11‑1961 em
Hillegersberg com
Johan Marinus BÖSCHER, 33 anos de idade,
electromonteur, nascido em
13‑05‑1928 em
Rotterdam (facτπo:
NH), filho de
Simon BÖSCHER e
Johanna Maria POOT.
Mirjam, nascida em
31‑05‑1965 em
Rotterdam.
Jeroen, nascido em
13‑08‑1967 em
Rotterdam.
Hendrika KAMPHORST,
handwerklerares, nascida em
07‑11‑1897 em
Apeldoorn, falecida em
11‑05‑1989 em
Apeldoorn em 91-anos de idade, enterrada em
17‑05‑1989 em
Begraafplaats Heidehof, Ugchelen, filha de
Johan Jochem KAMPHORST (ver
X.43) e
Hendrika BERENDS.
Casamento em 26-anos de idade em
04‑06‑1924 em
Apeldoorn com
Elbertus Johannes KAAL, 24 anos de idade,
huis- en decoratieschilder, nascido em
25‑02‑1900 em
Apeldoorn, falecido em
12‑03‑1975 em
Apeldoorn em 75-anos de idade, enterrado em
17‑03‑1975 em
Apeldoorn, filho de
Gerrit Jan KAAL,
schoenmaker, e
Hendrika de HAAN.
Hendrika KAAL, nascida em
17‑05‑1925 em
Apeldoorn, falecida em
08‑02‑1992 em
Apeldoorn em 66-anos de idade, filha de
Elbertus Johannes KAAL,
huis- en decoratieschilder, e
Hendrika KAMPHORST (ver
XI.14).
Casamento
ca. 1950 com
L. BEUMER, nascido
±1924.
Bert, nascido
±1951 em
Apeldoorn ?
Rolf, nascido
±1953 em
Apeldoorn ?
Johan Jochem KAAL, nascido em
26‑03‑1928 em
Apeldoorn, filho de
Elbertus Johannes KAAL,
huis- en decoratieschilder, e
Hendrika KAMPHORST (ver
XI.14).
Casamento
ca. 1953 com
J.J. SCHAAKE, nascida
±1925.
Gerrit Jan KAAL, nascido em
16‑10‑1931 em
Apeldoorn, falecido em
20‑12‑2001 em
Zaandam em 70-anos de idade, filho de
Elbertus Johannes KAAL,
huis- en decoratieschilder, e
Hendrika KAMPHORST (ver
XI.14).
Casamento em 26-anos de idade em
12‑03‑1958 com
Augusta Johanna ZWIERS, 20 anos de idade, nascida em
21‑03‑1937 em
Meppel.
Marjolijn, nascida em
24‑07‑1959 em
Apeldoorn.
Caroline, nascida em
26‑02‑1962 em
Apeldoorn.
Elbertus Johannes (Bert), nascido em
14‑10‑1964 em
Apeldoorn.
Dina KAMPHORST,
winkeljuffrouw, kapster, kindermeisje, nascida em
29‑11‑1902 em
Apeldoorn, batizada (
NH/GK) em
Apeldoorn, falecida em
08‑06‑1997 em
Utrecht em 94-anos de idade, enterrada em
13‑06‑1997 em
Harderwijk, filha de
Johan Jochem KAMPHORST (ver
X.43) e
Hendrika BERENDS.
Casamento em 22-anos de idade em
25‑06‑1925 em
Harderwijk com
Maarten den OTTER, 21 anos de idade,
winkelier (o.a. aan de Bruggestraat te Harderwijk), nascido em
24‑11‑1903 em
De Lier (facτπo:
GK), falecido em
01‑10‑1994 em
Utrecht em 90-anos de idade, enterrado em
06‑10‑1994 em
Harderwijk, filho de
Arie den OTTER e
Elisabeth MOSTERT.
Johan Hendrik, nascido em
09‑10‑1928 em
Harderwijk.
Casamento
ca. 1973, divorciado
<1993 de
J. (Anneke) VERDOORN, nascida
±1941, falecida em
07‑02‑1981.
Leendert Johannes, nascido em
19‑12‑1931 em
Harderwijk, falecido em
30‑06‑1945 em
Harderwijk em 13-anos de idade.
Hendrika Martine, nascida
±1933 em
Harderwijk.
Casamento
ca. 1958 com
K. SIEPELINGA, nascido
±1933.
Elize Bert, nascido em
01‑05‑1939 em
Harderwijk.
Casamento
ca. 1964 com
K. de VRIES, nascida
±1940.
Arie den OTTER, nascido em
22‑09‑1926 em
Harderwijk, filho de
Maarten den OTTER,
winkelier (o.a. aan de Bruggestraat te Harderwijk), e
Dina KAMPHORST (ver
XI.16).
Casamento
ca. 1950 com
D. den VALK, nascida
±1926.
Pieter den OTTER, nascido em
04‑09‑1935 em
Harderwijk, filho de
Maarten den OTTER,
winkelier (o.a. aan de Bruggestraat te Harderwijk), e
Dina KAMPHORST (ver
XI.16).
Casamento em 25-anos de idade em
27‑07‑1961 em
Nunspeet com
Jacoba Anje (Koos) SCHOLTEN, 22 anos de idade, nascida em
24‑03‑1939 em
Nunspeet, filha de
Jan Adriaan SCHOLTEN,
notaris, e
Elziena VELDKAMP.
Margaretha Martine (Margreet), nascida em
04‑07‑1971 em
Harderwijk.
Hendrik KAMPHORST,
timmerman, opperbrandmeester vrijwillige brandweer Apeldoorn, nascido em
06‑09‑1867 em
Apeldoorn, falecido em
05‑02‑1950 em
Apeldoorn em 82-anos de idade, enterrado em
09‑02‑1950 em
Wenum, filho de
Hendrik KAMPHORST (ver
IX.35) e
Eessa SAGER.
Casamento em 31-anos de idade em
13‑04‑1899 em
Apeldoorn com
Francina SLIJKHUIS, 30 anos de idade, nascida em
15‑08‑1868 em
Apeldoorn, falecida em
20‑11‑1948 em
Apeldoorn em 80-anos de idade, enterrada
..‑11‑1948 em
Wenum, filha de
Christoffel SLIJKHUIS,
werkbaas, boswachter, e
Elisabeth Maria Johanna SAGER (Saager).
levenloos, nascido em
02‑04‑1900 em
Apeldoorn, Het Loo, falecido em
02‑04‑1900 em
Apeldoorn, Het Loo, 0 dias de idade.
Elsje Abrahams KAMPHORST, nascida
..‑10‑1739 em
Harderwijk, batizada (
NDG) em
30‑10‑1739 em
Harderwijk, falecida
±1797 em
Beemte, filha de
Abraham Jansen CAMPHORST (ver
VI.28) e
Mechteltje Teunissen van ESSEN.
Casamento igreja (1)
<1765 com
Derk Gerrits WEVER, nascido
<1738 em
Apeldoorn ? Falecido
<1766.
Casamento igreja (2)
>1766 com
Albert GOUDKUIJL, nascido
±1738.
Abraham GOUDKUIL, nascido
±1767.
Lubbert GOUDKUIL, nascido
±1778.
Casamento em
30‑09‑1825 em
Apeldoorn com
Dorothea JANS, nascida
±1793 em
Vaassen.
Arent Jansen CAMPHORST (Kamphorst), nascido
±1637 em
Gietel (Wilp), batizado (
NDG)
±1645 em
Apeldoorn.
Voordat Arent Jansen en Stijntje Gerrits naar Wiesel verhuisden, hadden zij geruime tijd in het Gietselse Broek of Aardenbroek gewoond in het kerspel Wilp. 1665 werden nl. "vijf perselen landts int Gijttelse Broeck" verkocht. De percelen lagen "suijdens ande straetweg", grensden aan de oostkant aan "het Velt" en sloten in het noorden aan bij het "Arent Camphorst landt". Op het overzichtskaartje van de tak van Voorst hebben wij aangegeven waar dat land van Arent Camphorst ongeveer geweest moet zijn. In 1677 verkochten Arent Jansen en Stijntje Gerrits voor fl. 110,-- hun bezit in het Gietelse Broek, nl. "haer aenpart van een erff en goet genaemt Den Lochem" in de buurtschap Aerdenbroek van het kerspel Wilp (afb. 5). Uit de koopakte blijkt dat de koper Evert Evertsen, en later diens weduwe, de koopsom schuldig bleef tot 1684. Arent woonde in 1679 al in het kerspel Apeldoorn. Een Betje Arents Kamphorst trouwde op 17-11-1720 te Harderwijk met de weduwnaar Egbert Jacobse. Bij hun huwelijk woonden de bruid en de bruidegom beiden te Harderwijk. Filho de
Jan Jansen CAMPHORST (ver
III.1) e
Mechteld NELIS.
Esposada em
12‑10‑1662 em
Voorst, casamento igreja em
09‑11‑1662 em
Voorst (testemunhas:
Gerrit Teunis, Peter Geurtsen) com
Stijntje GEURTS (Stijntje Gerrits), nascida
±1638 em
Gietel ? (facτπo:
NDG), filha de
Geurt JANSEN (Gerrit ?).
Jenneken Arents KAMPHORST, nascida
..‑12‑1664 em
Gietel, batizada (
NDG) em
18‑12‑1664 em
Voorst.
Teunis Arents, nascido
±1668, falecido
<1695.
Casamento igreja
ca. 1690 com
Aaltjen EGBERTS, nascida
±1670 em
Wijssel.
Gerriken Arents, nascida
..‑10‑1679 em
Gietel ? Batizada (
NDG) em
12‑10‑1679 em
Apeldoorn.
Betje ? Arents, nascida
±1680.
Casamento igreja em
17‑11‑1720 em
Harderwijk com
Egbert JACOBSE, nascido
±1680.
Gerrit Arents KAMPHORST (Geurt Camphorst),
landbouwer met knecht en meid , 2 heerdsteden en 6,67 morgen bezaaid land. Betaalde samen met zoon Teunis 36 gulden pacht. (bron Lijst van alle ingezetenen inden Ampte van Apeldoorn December 1747, nascido
..‑08‑1663 em
Gietel, batizado (
NDG) em
16‑08‑1663 em
Voorst, falecido em
15‑05‑1758 para
04.00 hora em
Wiesel (testemunhas:
Jan Jacobs), enterrado em
19‑05‑1758 em
Apeldoorn,
droeg in 1722 2 gulden bij aan kosten beroepen predikant van Apeldoorn (bron : Cedule van uitsettinghe 's kerspels Apeldoorn, kosten over 't beroep van den tegenwoordige predicant Ds. Theordorus van Eijbergen. Oud Archief Apeldoorn)
Volgens een bevolkingsregistratie was Gerrit in 1747 en 1749 landbouwer te Wiesel, met een schaapherder en een meid, 2 heerdsteden en 6,67 morgen bezaaide zandgrond. Uit een akte uit 1749 blijkt dat zijn grond ten zuiden aan "de gemeente" grensde en ten noorden aan de Molenbeek. De aanwezigheid van een inwonende schaapherder in Gerrit's huis geeft aan dat Gerrit graasrechten had in de "gemene gronden" van de marke van Wiesel. Tot het midden van de negentiende eeuw was de Veluwe voor het grootste deel bedekt met heidevelden, waarop schapen konden grazen. De schapen werden niet alleen gehouden voor de wol, maar ook voor de mest. Gedurende de nacht werden zij daarvoor ondergebracht in schappskooien op schappskotten, waarin zij hun uitwerpselen achterlieten. De foto toon het scheren van de schapen bij een schaapskooi. In 1753 moest Gerrit fl. 7,-- betalen voor heerlijkheidslasten aan de Heerlijkheid 't Loo. Dit was de hoogste aanslag die in het kerspel Apeldoorn aan een Kamphorst werd opgelegd. Ook Gerrit's consumptie was aanmerkelijk hoger dan van de andere Kamphorsten. Dezelfde Heerlijkheid stuurde hem over de jaren 1752 en 1753 een hogere omslag, nl. 6 stuiver voor wijn en azijn, 2 gulden voor bieren, 16 gulden voor vijf "specien" en 12 stuiver voor moutcijs en zeep. Op 30 april 1701 verscheen als getuige voor de "scholtis des Ampts Apeldoorn" Gerrit Camphorst, oud ongeveer 30 jaren. Hij verklaarde te weten dat "de buirrichter van Wijssel 4 jaar geleden op Sonnendach hadde kerckespraeck laeten doen tot Apeldoorn, dat alle uijtheijmsche die turft uijt Wijsselerveldt hadden gegraeven souden coomen op maendag daeraen ende wijsen haer turft aen ende accorderen daerover." Gerrit had gezien dat op diezelfde "Sonnendach nae de middach" enkele "uijtheijmsche waegens int Wijsselerveldt sijn gecomen om turft te haelen" en dat "Jan Dercx van Weenum oock daerbij was". Jan Dercx had beloofd dat hij "des anderen daechs bij de buirrichter en de erfgenaemen van Wijssel" zou komen om "over die breucke van sijn gegraeven turft te accorderen." Jan Dercx werd ervan beschuldigd de turven niet betaald te hebben, maar de scheuter van de marke van Wijssel beweerde gezien te hebben dat Jan Dercx aan de buirrichter twee gulden betaalde. Mogelijk was hier corruptie in het spel. Filho de
Arent Jansen CAMPHORST (Kamphorst) (ver
IV.6) e
Stijntje GEURTS (Stijntje Gerrits).
Casamento igreja
ca. 1701 em
Voorst ? Esposa Θ
Steventje BERENDS, nascida
..‑06‑1678 em
Apeldoorn, batizada (
NDG) em
02‑06‑1678 em
Apeldoorn, falecida em
10‑09‑1751 para
10.00 hora em
Wiesel (testemunhas:
Gerrit Harms), enterrada em
14‑09‑1751 em
Apeldoorn, filha de
Berend GOSENS e
Lubbertje HENDRICKS.
Geurt Gerrits, nascido
..‑10‑1702 em
Wiesel, batizado (
NDG) em
08‑10‑1702 em
Vaassen.
Berent Gerrits, nascido
..‑02‑1704 em
Wiesel, batizado (
NDG) em
17‑02‑1704 em
Apeldoorn, falecido em
16‑08‑1747 para
14.00 hora em
Wiesel (testemunhas:
Eijmbert Goverts), enterrado em
21‑08‑1747 em
Apeldoorn.
Lubbertjen Gerrits, batizada (
NDG) em
09‑04‑1706 em
Apeldoorn.
Stijntien Gerrits, nascida
..‑05‑1711 em
Wiesel, batizada (
NDG) em
30‑05‑1711 em
Apeldoorn, falecida
<1716 em
Wiesel ?
Stijntje Gerrits, nascida
..‑02‑1716 em
Wiesel, batizada (
NDG) em
23‑02‑1716 em
Apeldoorn, falecida em
19‑11‑1782 em
Huijzen.
Casamento em
22‑06‑1749 em
Huijzen com
Timen Swanninghsz VOS,
smid, nascido
..‑10‑1722 em
Huijsen, batizado em
11‑10‑1722 em
Huijsen, falecido em
30‑03‑1810 em
Huijsen, filho de
Swaningh Tijmensz VOS e
Judicken Jans van SCHAIK.
Reinder Gerrits KAMPHORST (Rhijnder Camphorst),
landbouwer met knecht of meid, 1 heerdstede en 2,67 morgen "besaaijt land". Betaalde daarvoor 12 gulden en 15 stuivers pacht, nascido
..‑08‑1708 em
Wiesel, batizado (
NDG) em
26‑08‑1708 em
Apeldoorn, falecido em
04‑06‑1764 para
18:00 hora em
Beekbergen (testemunhas:
Daniel Derks), enterrado em
08‑06‑1764 em
Beekbergen.
Volgens een bevolkingsregistratie in 1747 woonde Reinder in dat jaar in de buurtschap Beemte, ongeveer 22 km. ten oosten van Wenum. Hij had een knecht of meid, 1 heerdstede en 2,67 morgen "besaaijt land" op zandgrond. Akkerbouw op de Veluwe was in Reinder's tijd nog een zeer arbeidsintensief familiebedrijf. Bemesten van het land, ploegen, eggen, zaaien en oogsten gebeurden nog met de hanbd, waarbij de kinderen al jong moesten meewerken. Over de jaren 1752 en 1753 betaalde Reijnder fl. 3,-- "lasten" aan de heerlijkheid 't Loo. Als "omslag" betaalde hij over dezelfde jaren aan deze heerlijkheid 2 stuiver voor wijn en azijn, niets voor bieren, 8 gulden voor "vijf specien" en 2 stuiver voor moutcijs en zeep. Op 20 november 1795, ruim 3 maanden na het overlijden van zijn eerste vrouw Geertje Kamphorst en 5 dagen na zijn ondertrouw met zijn tweede vrouw Geertrui Messing, stond Dirk Arends Sesink zijn zoontje Arend af aan het weeshuis te Zutphen. Ter gelegenheid hiervan werde de onverdeelde gemeenschappelijke boedel van Geertje en Dirk geinventariseerd. De activa, uitsluitend bestaande uit "gerede goederen", werden getaxeerd op 74 gulden, de schulden op 57 gulden 12 stuivers en 14 cent. De heft van het saldo moest worden afgestaan aan het weeshuis. Filho de
Gerrit Arents KAMPHORST (Geurt Camphorst) (ver
V.19) e
Steventje BERENDS.
Esposada
..‑05‑1742 em
Beekbergen, casamento igreja em
16‑05‑1742 em
Beekbergen (
NDG) com
Harmina Gerrits van BLAAN (Harmina van Blaauw), nascida
±1720 em
Hall, batizada
±1720 em
Hall ? Falecida em
26‑06‑1764 para
20:00 hora em
Beekbergen (testemunhas:
Daniel Derks), enterrada em
30‑06‑1764 em
Beekbergen.
Steventje Reinders, batizada (
NDG) em
24‑03‑1743 em
Apeldoorn, falecida em
15‑06‑1743 para
03.00 hora em
Apeldoorn, 83 dias de idade (testemunhas:
Aard Kluppel), enterrada em
18‑06‑1743 em
Apeldoorn.
Steventje Reinders, nascida
..‑03‑1749 em
Wenum, batizada (
NDG) em
30‑03‑1749 em
Apeldoorn, falecida em
25‑02‑1819 para
11.00 hora em
Putten (testemunhas:
Willem Schipper, Jan van der Zanden (?)).
Geurt Reinders KAMPHORST,
tuinman, nascido
..‑08‑1744 em
Apeldoorn, batizado (
NDG) em
23‑08‑1744 em
Apeldoorn, falecido em
02‑11‑1823 em
Rheden (huis nr. 71).
Uit een oude advertentie blijkt dat ene G. Kamphorst in 1795 bomen verkocht. Hij deed dit in zijn functie als tuinman bij het landgoed De Waterberg in de buurt van Rozendaal bij Arnhem. De buitenplaats op dit landgoed werd vanaf 1763 gebouwd en in de loop van de negentiende eeuw weer afgebroken. Het landgoed lag ter plaatse van het latere verkeersknooppunt Waterberg ten noorden van Arnhem. Filho de
Reinder Gerrits KAMPHORST (Rhijnder Camphorst) (ver
VI.33) e
Harmina Gerrits van BLAAN (Harmina van Blaauw).
Casamento igreja (1) em
09‑05‑1770 em
Arnhem (
NDG) com
Grietje SCHEPERKAMP (Schepekamps), nascida
±1745 em
Arnhem, falecida em
24‑03‑1785 em
Arnhem, filha de
Gerrit SCHEPERKAMP.
Casamento igreja (2) em
01‑11‑1785 em
Arnhem (
NDG) com
Gerritje RUTGERS (Rutten, Rutgen), nascida
±1748 em
Angerlo (Lathum), falecida em
16‑11‑1796 em
Arnhem.
Herremijn, nascida
..‑03‑1771 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
03‑03‑1771 em
Arnhem, falecida
<1783.
Elisabeth, nascida
..‑09‑1778 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
20‑09‑1778 em
Arnhem, falecida
<1780 em
Arnhem.
Elisabeth,
dienstmeid (1819), nascida
..‑11‑1780 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
02‑11‑1780 em
Arnhem, falecida em
21‑12‑1861 em
Wort Rheden.
Casamento (1) em
21‑07‑1819 em
Arnhem com
Antony de ROOS,
landbouwer Rheden, nascido
±1758, falecido
<1825 em
Rheden ? Filho de
Hendrik de ROOS e
Geertruijda van ZADELHOFF.
Casamento (2) em
22‑10‑1826 em
Arnhem com
Theodorus PETERS,
gepensioneerd militair, nascido
±1768 em
Oosterbeek, filho de
Everardus PETERS e
Jacomina EPPING.
Harmyna, nascida
..‑08‑1783 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
31‑08‑1783 em
Arnhem, falecida em
29‑12‑1783 em
Arnhem.
Grietje, nascida
..‑08‑1787 em
Arnhem, batizada (
NDG) em
15‑08‑1787 em
Arnhem, falecida em
28‑09‑1818 em
Arnhem.
Gerrit KAMPHORST (Gart, Geurt, Gerardus),
dagloner (1827), landbouwer (1837), daghuurder (1839), nascido
..‑09‑1773 em
Arnhem, batizado (
NDG) em
29‑09‑1773 em
Arnhem, falecido em
21‑04‑1839 em
Arnhem, filho de
Geurt Reinders KAMPHORST (ver
VII.35) e
Grietje SCHEPERKAMP (Schepekamps).
Casamento em
26‑07‑1803 em
Arnhem com
Meggeld BEERENS (Megchelina Berends), nascida
±1780 em
Arnhem, falecida em
18‑10‑1852 em
Arnhem, filha de
Arnoldus BEERENS e
Geertruida Arnolda PETERS.
Geurt,
schoenmaker, nascido
..‑04‑1805 em
Arnhem, batizado (
NDG) em
06‑04‑1805 em
Arnhem, falecido em
08‑12‑1852 em
Arnhem.
Esposada
..‑02‑1837 em
Doesburg, casamento em
04‑03‑1837 em
Doesburg com
Casperdina HULSMAN (Everdina), nascida
±1805 em
Doesburg, filha de
Gijsbert Jan HULSMAN,
metselaar, e
Aaltjen JANSSEN.
Hermanus, nascido
..‑11‑1812 em
Arnhem,
volgens Genlias 16 jaar oud bij overlijden, dus geboren in 1811, falecido em
09‑04‑1827 em
Arnhem.